woensdag 4 juli 2012

Sjokken en Wokken

Het doel was om Doesburg te bezoeken, daar was ik nog nooit geweest en dat schijnt zo'n typisch pittoresk dorp te zijn aan de Ijssel. Daartoe zouden we gaan wandelen: vanaf  Oldenburg en weer terug. De auto geparkeerd bij het kerkje met het graf van Dorothea Visser. Dat is een bijna zaligverklaarde. In de institutie van de Rooms Katholieken is dat de eerste sprong om een heilige te worden. Tja, waar gaat dit over? In het algemeen vind ik het allemaal een beetje bizar door al die procedures waar degenen die zo'n zaligverklaring wensen doorheen moeten, net zoals het strakke en strikte wettisch systeem eer iets een wonder in Lourdes genoemd mag worden.

Al dat afvinken, de bewijzen die vergaard moeten worden, dat staat zo haaks op wat het zou kunnen betekenen: ooit was er een inspirerend persoon die mensen goed heeft gedaan, zó dat ze erover bleven praten. Welnu, bij Dorothea gaat het verhaal dat ze de wondtekenen van Christus bij zich droeg, in handen en voeten en de borst, daar waar ie aan het kruis werd geslagen. De beroemde andere die dat ook had en  indertijd wel snel een heilige is geworden is, is  Franciscus van Assisi.

We stonden bij haar eenvoudige graf op een  klein ommuurd kerkhofje met idyllische uitzichten op de kerktoren van Dieren aan de ene kant en de Veluwezoom en Doesburg aan de andere kant. Daartussen, door  de malse groene weiden, meanderde de IJssel. 'Ik wist helemaal niks van die Dorothea Visser, toen ik hier de eerste keer de dienst deed', zei vriend E., 'Ik hou wel van de folkloristische rituelen, dus ik loop rustig met iedereen vanuit het kerkje hier naar toe, haar graf te zegenen, en dergelijke, ik heb er maar wat van gemaakt toen: Dorothea, dat betekent geschenk van God, en Visser, dat ze een visser was van mensen, zoiets, je weet wel.'

Van daaruit liepen we de binnendijk op, die naar Doesburg zou leiden, langs water dat de Zwarte Schaar heet en volgens E. was ik er al ooit eens geweest, want hij stond toen bij een stacaravan  zich te vergapen aan de afgrijselijk 'mooie' plastic bloemen en ik had gezegd: zie je niet dat die mevrouw binnen nu naar jou zit te kijken? Ik weet van niks. Alzheimer-light, heet dat, volgens hem.

Hebben we Doesburg bereikt? Nee, dus. Doesburg leek in den beginne heel dichtbij te liggen, maar de wandeling was als langs een rookworst: begin en eind liggen vlak bij elkaar, maar ergens in het midden was Doesburg ineens heel ver weg en zie je hoe ver je nog moet. En dan ook nog terug. Nee, dat haalden we niet, dus we vleiden ons in het gras en dronken de sjokkemel. 'Sjokken en wokken, dat is tegenwoordig het nieuwe wandelconcept: Was er niet ooit een tijd dat we wel 16 tot 18 km wandelden en het daarna gewoon met een frietje deden? Maar nu? Het wandelen lijkt al bijna op de tweede plaats te komen! Ik moet er maar eens een blogje aan wijden' zei ik, 'en dan noem ik het Sjokken en Wokken!" Hierbij dus. Voor de annalen.