Dat was pure nostalgie voor 35 cent: bij de Kringloopwinkel lag een aflevering van The Thunderbirds. Dat was een van mijn favoriete tv-programma's. Het zijn poppen, maar ze leken net echt. Ik had er zelfs eentje waar ik een beetje verliefd op was, de donkere zoon. Het is een rijke familie die woont in een moderne villa met zwembad tegen de rotsen.
In het geheim bezaten ze allemaal raketten en straaljagers waarmee ze de mensheid redden, voor elke zoon één.. In de woonkamer van vader hingen hun portretten en als ze dan op missie waren en contact maakten, dan werden hun foto's levende beelden. Fantastisch vond ik dat: en het zwembad kon opzij en de rotswand en bij de startbaan gingen de palmbomen vanzelf opzij!
Ongelooflijk. Ik keek nu en dacht: het zijn gewoon plastic barbiepoppen! Ze bewegen houterig en ik dacht dat het aan het oude beeldmateriaal lag, dat streperige, en toen zag ik ineens dat er allemaal touwtjes aan ze zaten, het zijn marionetten! Als ze iets vastpakken , dan komt een close-up van een mensenhand. Dat zie ik nu. Alles is een popperige maquette van bordkarton en speelgoed autootjes. En het verhaal ging zó langzaam.
Hoe bestaat het. Dat ik daar in mijn jeugd geheel door bevangen was. Voor mij was het allemaal net echt. Was ik nou zo'n naïef dromertje? Wat toen toekomst was, is nu helemaal reëel We kunnen skypen enzovoort, niks geks om iemand op afstand te kunnen volgen en ermee te kunnen praten. Maar hoe kon ik iets voelen voor plastic poppetjes? En elke keer ademloos weer dat zwembad zag verschuiven en die palmbomen naar de grond, die dan niet dood gingen, dacht ik daar dan bij.
Gelukkig gaat het dromen door van de jeugd nu, alleen de schaal is van een andere orde. Nichtje L. vermaakte me op weg naar Scheveningen in de auto met allemaal filmpjes van YouTube. Muziek, speelfilmtrailers en filmpjes van haarzelf. In een opblaasbootje in het water achter haar huis, met een vriendin, beide met hoge sopranen a capella, popliedjes vertolken. Hun stemmen passen ontroerend goed bij elkaar. Twee meisjes met brilletjes op kijken je intens daarbij aan. Ze willen samen liedjes gaan schrijven. Doen! Doen! roep ik.
Ze vertelde over één van haar clubjes de Muffin Club. Ieder trakteert om de beurt op muffins. Ze zijn samen lucht, water, aarde en het vuur. Nichtje L. is de lucht en haar dier is de condor: ze is een beetje de leider en houdt het overzicht. S. met Asperger wil architect worden en hij is het water, gaat overal tussendoor en is niet te pakken, hij is hamerhaai. Ze hebben onderweg naar huis een hut gebouwd bij de dijk. 'Net alsof we nog kinderen zijn',zegt ze
Hun clublied is van Nick en Simon, dat vinden ze allemaal precies passen en ze zingen het op de fiets naar school: Pak nu maar mijn hand, stel niet teveel vragen, je kunt niet alleen, de wereld dragen. Pak nu maar mijn hand, laat mij de weg wijzen, er is geen probleem, als je keer op keer jezelf wilt bewijzen. Maar je kunt het niet alleen.