zaterdag 7 september 2019

Dansen, techniek, koken

Ik heb het al meerdere malen teruggezien: Lil Buck die begeleid door Yo Yo Ma een stervende zwaan danst. Een jongen in het zwart op gymschoenen zweeft over het toneel en drukt met alles uit dat een einde nabij is. Zo mooi. Dan denk ik dat het gesprek dat de boekenclub gisteren voerde over mensen en machines en of wij ooit het loodje leggen en de machine, de robot het zal kunnen overnemen, voor niks is. Die angst, bedoel ik. Deze combinatie van motoriek, expressie, boven het alledaagse uitstijgen in schoonheid: dat is de top van het kunnen van mensen en hun domein.



Tegelijk is het gek hoe machines ons wel kunnen raken, nu al, zelfs als ze er niet menselijk uitzien, integendeel. Op de Biënnale was er de ‘schepmachine’ van het Chinese  kunstenaarsduo Sun Yuan and PengYu. Je ziet een industriële robot in een hele grote glazen kooi die geprogrammeerd is om een bloederige vloeistof op de vloer binnen de perken te houden. Hij schept om zich heen, draait om zijn as, een zwiepend, bijna zuchtend geluid. De robot is toegerust met 32 menselijke reflecties waardoor het niet voorspelbaar is wat deze doet. Het lijkt te twijfelen, kwaad te worden en dan weer met geduld verder te gaan... Can’t help Myself  heet het kunstwerk.


Raar is dat, je eigen associaties: een gekooid beest, alsof je naar iets levends kijkt. In een kastje ernaast staat de computer met een scherm waarop je ziet dat deze zich razendsnel de nieuwe situatie berekent, waardoor de machine beweegt. Het is je eigen emotie en meevoelen dat je erin legt en misschien onderscheid het zich alleen door het middel dat de kunstenaars inzetten: een schilderij dat uit verf bestaat, oude spullen en takken bij elkaar gezet, gekke  combinaties van staal met steen en een oude bank: dat gebruiken anderen kunstenaars en dezen zetten geavanceerde techniek in. Niet de machine raakt en ontroert dan, maar het gevoel van de kunstenaar die het maakte. En dat menselijke gevoel uit zich met vele middelen,  zoals ook in de dans van Lil Buck, die zijn lichaam als middel inzet. 

Dan kun je denken: zolang mensen de intentie hebben om zich met elkaar te verbinden, elkaar te ontmoeten, dan kan het niet anders dat de menselijke geest aanwezig blijft, zich voedt en groeit en zich verspreid. Je zou kunnen zeggen dat ook dit blog dat geheel afhankelijk is van de techniek los van mijn persoon in het vlees, toch een soort van bestaan heeft in de werkelijkheid en iets van mijn geest zomaar sporen achter kan laten.

Intrigerend. En van zo’n heel andere orde en inspanning, als koken voor vier mensen, zoals ik gisteren en de avond ervoor weer had gedaan voor de boekenclub. Italiaans: Florentijnse pannenkoekjes, Caponata: een groentenschotel met aubergines, kappertjes, pijnboompitten, bleekselderij etc. Mozarella op tomaat en een basilicumblaadje als voorafje en de tiramisu na, viel van alles, geloof ik, het meeste in de smaak. Zo gek: dat vraagt uren werk en voorbereiding en timing en is zó weer op. Dit blogje typ ik eventjes onder de dekens in bed en blijft bestaan.