Het is een prikkelend en aangenaam gevoel: met prepensioen zijn. Langzaam sijpelt door: dit is voor het eerst in mijn leven dat er werkelijk niks moet. Je leven lang moet je dingen: dat begint al met zindelijk leren worden, naar de kleuterschool gaan, enzovoort. Mensen suggereren dat ik binnenkort wel vrijwilligerswerk zal gaan zoeken en dan roep ik uit de grond van mijn hart: Nee! Ik weet heel zeker dat ik dit niet meer zal gaan doen. (Kijk als iemand heel dringend een beroep op mij zou doen... dan misschien wel voor een korte periode, zeg ik nu als voorbehoud)
Ik heb al vanaf mijn beginnende studententijd ook vrijwilligerswerk gedaan en de basis van mijn werkend leven was ook : parttime werken, om daarnaast nog andere dingen te kunnen doen, in concreto: vrijwilligerswerk, omdat ik mij niet wilde opsluiten in de ivoren toren van de theologiestudie of in één werkelijkheidje van beheerder zijn in een wijkcentrum. Altijd switchen van het een in het ander, dat vind ik aangenaam en houdt je geest flexibel
Bij werken hoort ook dat er andere mensen zijn die jou zeggen wat ze van je verwachten, wat je moet doen en laten. Ook bij vrijwilligerswerk, zelfs al kun je daar enigszins je eigen baas zijn, zoals in de Stichting Ouderen-Jongeren waar ik wel 15 jaar lid van ben geweest en we zelf bepaalden wat we met elkaar deden. Maar verder... elke vrijwilligersorganisatie verwacht iets van je.
Gisteren ben ik zowat de hele dag bezig geweest met mijn afdakje achter het huis. De basis ervan was ooit drie palen, kippengaas van de dakgoot naar die palen en een rieten mat daarover heen. In de loop van de jaren is dat uitgegroeid met een grote doek die ik op Koninginnedag gevonden had, klimop en bruidssluier die daarop groeide, oud grondzeil van tenten en uiteindelijk zijn er ook twee oude tenten met tentstokken in verwerkt en heel veel lange stengels bamboe uit de tuin. Het is me dus dierbaar, want er zit zoveel geschiedenis en leven in verwerkt, hoe onooglijk en krakkemikkig het ook is.
Bij de grote sanering van de klimop en de bruidssluier achter het huis, kondigde de woningbouwvereniging aan dat dit afdakje zo goed als zeker zou gaan sneuvelen omdat het geheel vergroeid was met al dat levend groen wat weg moest. Na een ‘onderhandeling’ zouden ze wel een nieuw afdakje komen timmeren van hout en dan kon ik zelfs nog bepalen of ik er een stuk boven van glas ofzo erin wilde. Maar ik bewaarde liever het oude en op de dag zelf bleken ze alle klimop en bruidssluier toch vlak onder de dakgoot weg te kunnen snijden.
Maar nu zijn we weken verder, en het afdakje heeft dus geen houvast meer met daarboven en enige dagen geleden zei een dragende stok, een oude bezemsteel, ‘krak’ en zakte het afdakje in. Dus gisteren was het de keuzedag: kon ik het nog herstellen of zou ik uiteindelijk contact met de woningbouwvereniging opnemen met het verzoek alsnog een nieuw afdakje te komen maken? In winkels kocht ik zonder nog precies te weten hoe of wat, een soort van ophanghaak met klittenband dat 135 kilo kan dragen, tieribs en ijzerdraad en ging ik zonder een echt plan aan de gang, al uitproberend en kijken of het werkte om het ingezakte afdakje weer naar boven te krijgen.
Halverwege dacht ik: nee, dit gaat niet lukken... ik moet toch maar gaan mailen.... maar ineens ontstond er wel een opeenstapeling van handelingen die iets opleverden: bamboe buigen onder het witte zeil, verbinden met bamboestokken van het huis naar voren, de ophanghaak kon via een gat in het zeil verbonden worden met het kippengaas erachter en van de oude bezemsteel die in tweeën was gebroken kon ik toch weer tot twee separate draagkrachten maken en ineens het idee om nog een oude paal schuin toe te voegen aan de zijkant, om het kippengaas-gedeelte weer wat omhoog te krijgen. En zo ontstond er een nieuwe constructie.
Nou ja, constructie?... Alles ziet er schots en scheef uit, ik kan er net doorheen lopen met mijn lengte, maar dat was al zo: als je het associeert aan het onderkomen van een tent dan is het oké, al weet ik nog niet hoe waterdicht het is. Maar als je het associeert aan een veranda, dan ziet het er nu niet uit, dan kan ik beter een echt getimmerd afdakje van de woningbouwvereniging krijgen. Dan staat er iets kaal, gladgestreken en dat is voor de mussenkolonie waarschijnlijk ook niet prettig, stel dat dat alsnog de doodsteek zou kunnen worden, dat zou wel heel sneu zijn, omwille van mijn bewoning.
Dat bezig zijn met dat afdakje, zonder vooraf gemaakt plan, al doende het laten ontstaan en daarna weer verder kijken of het echt iets is en misschien toch weer een andere koers gaan varen, en al doende ook leren en op nieuwe ideeën komen... zo wil ik nu graag leven, van afdakje naar afdakje.