woensdag 4 november 2009

Samenwerking

Vanochtend las ik in Trouw dat China wereldwijd het hoogste zelfmoordcijfer heeft en dan niet onder de mannen, maar onder de vrouwen. Vrouwen in de leeftijd van 15 -34 jaar laten massaal het leven. Men schat gemiddeld tussen de 1 en 2 miljoen per jaar, waarvan er ongeveer een kwart meteen lukt. Vrouwen in China hebben tegenwoordig via de media inzage in het leven van andere vrouwen in het Westen, vergelijken dat met hun eigen leven en houden het dan voor gezien in de totale uitzichtloosheid daarvan.

Tegelijkertijd blijkt de concrete aanleiding van huishoudelijke aard, vooral op het platteland. Daar rennen vrouwen naar de voorraadkast waar het rattengif en de bestrijdingmiddelen staan, nemen het in en dat was het dan. Door mijn eigen China-gen, kan ik me dat aardig makkelijk voorstellen. Er waait iets fels door de genen. In de Chinese levensfilosofie is veel gericht om méé te stromen en je een deel van het geheel te weten. Dat doe je dan eindeloos, met de verontachtzaming van je eigen gevoelens en dan is de maat plotsklaps vol.

Ook in de strip Lucky Luke komen er van die 'rare Chinezen' voor. Heel beleefd en zich in schikkend totdat de explosie volgt. Wie alleen mee stroomt, is onzichtbaar en een nieuw inzicht mijnerzijds is dat je af en toe maar een kei of een rots of een flinke boomstam moet zijn, want dat geeft de stroom ook richting en een tempowisseling van langzaam en snel.

Omdat zelfmoord in China veelal een impulsdaad is, zou volgens Chinese wetenschappers het aantal zelfmoorden drastisch afnemen, als zowel de man als de vrouw een sleutel kregen van die kast waar het gif in bewaard word. Dat er twee sleutels nodig zijn, om de kast open te maken. Ik vind dat een heel aardige vondst, praktisch en psychogisch makkelijk te bevatten: eenvoud is het kenmerk van het ware.

Je zou van alles minstens twee moeten hebben, om iets te laten gelukken. En de samenwerking tussen die twee. Dan haal je al een keer meer adem, dan in de eruptie van het impuls en kom je tot een besef dat ik in het gedicht SAMENHANG van Adriaan Morriën las, vlak na lezing van dat krantenartikel:

Iedere dag heeft zijn zomer en winter
Zijn hyacinten en zijn blauwe asters
De wereld is nog vol geboorte
En ieder uur duurt langer dan mijn dood
Waar zij voorbijgegaan is hoor ik nieuwe mensen zingen
Waar zij tevreden slaapt, verandert onrust in een droom