woensdag 1 februari 2017

Dag-avontuur

Soms voelt een dag meteen aan, alsof die 'avontuurlijk' zal zijn. Wat dat dan ook precies is. Niet spannend of verrassend, dat bedoel ik niet. Het is het gevoel dat elk moment als nieuw is en je alles als voor het eerst meemaakt. Ik had dat gisteren. Ik zou T. gaan bezoeken, die ik vroeger elke week wel een paar dagen zag in het klooster. Ze woont in een klein gehucht nabij de Maas.

Vanuit Cuijk ging ik naar haar wandelen: Als ik de Maas aan mijn  linkerkant zou houden, dan zou ik er vanzelf wel komen. Meteen uit de trein keek er een man om, die vond dat het wel zo gezellig was om samen op te lopen. In vijf minuten tijd vertelde hij me dat hij op bezoek ging bij zijn vriendin, die hij al ten huwelijk had gevraagd, die hij al 40 jaar kende, en toen zei ze  tegen hem: ik heb een groot geheim. Het geheim was dat ze altijd van hem had gehouden, zelf nu twee keer gescheiden. En hij al vier keer. Achter zijn rug haalde  hij een bosje roze en witte rozen, gemengd met witte lelies tevoorschijn: voor 5 euro bij Albert Heijn. Ze hadden al een huwelijksdatum vastgesteld, 26 januari, en toen was ze niet komen opdagen. Waarom, daar hoopte hij die dag achter te komen. Hoe zou dit verhaal aflopen? Ik zal het nooit weten, onze wegen scheiden zich weer. Toch had ik het gevoel alsof er een hele film voor me was afgespeeld.

Ik wandelde dus zonder kaart. het was wat donker en grijs weer. Het voelde alsof ik door een oud schilderij van Engels landschapsschilders van de 17 e eeuw wandelde. Daar meanderde de rivier met de maasheggen, oude meibomen die tot heggen zijn gemaakt waar je net overheen kunt kijken, o, wat zullen die mooi zijn als de meidoorn bloeit! En ze gingen bloeien, in mijn gedachten.

Ganzen liepen in brede rijen stap voor stap door het gras en de struikerige grond, tussen de Maas-heggen. Is dát soms de betekenis van in ganzenpas lopen? Ik vroeg de weg aan een vrouw op een fiets op een bemodderd pad, aan vrouwen die met zijn tweeën bij een huis stonden te keuvelen: ik keek in het soort gezichten die Vincent van Gogh schilderde van boerenvrouwen op het platteland.

Ik kwam bij T. aan en deelde met haar een portie hutspot met hachee, die ze verwarmde op haar gietijzeren kachel, 'duveltje' haar poes die als jong dingske, ze paste in haar hand, zomaar was komen aanlopen, lag erbij. Hij had een soort van zwart-wit geblokt kopje, als een dambord. T. woont nog in haar geboortehuis uit de negentiende eeuw en ze heeft er ooit gewoond met de hele familie: negen mensen, plus haar oma. T. is heel klein van stuk en dat gaf het gevoel als een reuzin rond te scharrelen in haar huis, waar alles op haar hoogte was aangepast. Ik kon de houten doortrekker aan de wc eerst niet vinden, maar dat kwam omdat ik veel te hoog keek.

We haalden herinneringen op aan onze kloostertijd. T. had er toen een kruidentuintje en ze had met tuinkers haar eigen naam ingezaaid. Maar dat mocht niet, want alles in het klooster was tenslotte niet je eigen eigendom. Een kwartje viel, toen T. vertelde dat broeder M. 'ín de bush' een vriend had wonen: dat waren dus die lange fietstochten die broeder M. maakte, helemaal gekapt en netjes in zijn gestevende blouses, hij bleef hele middagen weg. 'Hij leidt een eigen leven', hoorde ik broeders indertijd wel brommen.

Vijf van die broeders uit het klooster die ik daar heb meegemaakt,  stonden al als bidprentje bij haar op het dressoir, tezamen met anderen.  Ook Moeder heeft daar nu een plaatsje. T. brandt daar de hele dag door een kaarsje. dat vind ik wel mooi, en ook avontuurlijk. Misschien heeft avontuur voor mij ook met troost te maken: dat het mogelijk is om je intiem verbonden te voelen met zomaar wat mensen, landschappen, dingen op je weg.

Voor dat ik weg ging, moest ik achter het huis nog gaan kijken naar 'engel Rafael', zoals T. hem noemde. Door een kunstenaar gemaakt. Ik keek en zag een enorme stam van een boom, waar de laatste meter een beeld was gesneden: een man met gespreide armen naar de hemel reikte en die zó weg kon vliegen, met op de toppen van de linkervingers een vogel, die ook zó weg zou kunnen vliegen: het avontuur tegemoet.