Ik was ineens weer in de basiliek in Assisi, waar Giotto het leven van Franciscus en ook Bijbelse taferelen heeft geschilderd en denk ineens: Giotto’s fresco’s zijn de voorloper van de graphic novel! Al die scènes die hij heeft afgebeeld, spreken voor zich en ook een eigen taal. Het frisse en kleurrijke, de natuur die erin aanwezig is, de wijze waarop mannen en vrouwen volstrekt gelijkwaardig zijn aan elkaar, beide actief in beeld en in interactie.
Ik zag meteen de fresco ‘Noli me Tangere’ voor mij. Daar zie je Maria Magdalena die haar hand reikt naar Jezus en Jezus die, net verrezen uit zijn graf, is het verhaal, juist met zijn hand en lichaam de andere kant opgaat: Raak mij niet aan! Hoezeer gaat dit over afstand en nabijheid, denk ik nu, wat ook een innerlijke dialoog in jezelf kan zijn: je wilt iemand bereiken, graag nog een keer zien, de ander bij je houden, maar je weet dat dit niet kan, dat tijd kostbaar is en dat het niet aan jou is om nog een keer het pad met die ander te kruizen, die moet nu zijn eigen gang kunnen gaan... letterlijk... Alles zit in dit beeld vervat: de tegengestelde krachten, die dynamiek van wél verbonden zijn met elkaar en toch ook wijken...
Dan komt toch ook dat werk van John Baldessari binnen en kan ik iets voelen waarom het juist Giotto is, die hem inspireert: er zit een heel fysiek, tactiel iets in die foto’s. De man die de garnalen eet, kijkt je aan midden in zijn actie, het tafereel doet ook een beroep op je, houdt je een spiegel voor. Ik denk aan de fresco van Giotto waar Fransiscus van Assisi van zijn paard afstijgt en zijn mantel geeft aan een melaatse: het gezicht van Franciscus precies in het midden van het plaatje, waar van bovenuit in hem de lucht en de bergen en de stad samenkomen, tezamen met het paard op de grond naast hem en zijn oranje mantel die hem verbindt met de melaatse, letterlijk. Heel pregnant en nabij komt dit beeld binnen, net als die man die garnalen naar binnen schrokt. Wie en waar wil je zijn, zeggen deze beelden mij nu, hoe ga je om met een intentie waarin je wilt reiken en verbinden en een eigen behoefte die juist alles kan laten imploderen?
Té is nooit goed, is zo’n zegswijze, behalve tevreden...Misschien is de innerlijke dynamiek van dat woord, ‘vrede’, probeer tevreden te zijn...Zoals die bijen die voorzichtig de honingraten aftasten en deze bouwen en daarin wonen: Verbonden zijn, zonder te willen grijpen en iemand bij je willen houden. Soms geeft afstand, juist nabijheid vorm... Dat is aan een ieder nu gebeurd, in deze Coronatijd. Ook de bijenhouder draagt een beschermend pak om de bijenkorf te kunnen onderhouden... Zoals wij allen dat nu doen: mondmaskers en 1,5 meter afstand om met elkaar te kunnen samenleven.