Deze afbeelding hing in mijn tienerjaren en eerste studententijd, voordat ik het ouderlijk huis verliet, aan het hoofdeinde van mijn matras op de grond. Het toont een bovenwereld en een onderwereld. Er hoort een versje bij, dat ik nog in mijn kindertijd maakte: ‘Zeg paardenbloem, hoe kom je daar?/ Tussen de tegels van het trottoir?/ Hoe kun je, vergroeit met het grijze beton,/toch nog reiken naar de zon?/ Groei toch tussen het gras en de bijen / en de vlinders die met elkander vrijen… De paardenbloem was een boterbloem geworden, en misschien was er een expansie van het bewustzijn, dat alles een leefomgeving heeft.
Het was mijn absolute lievelingsboek op de lagere school, ook nog voorgelezen in de klas, door mijn aandringen bij de juf, waar ik haar lievelingetje was. Sjakie was mijn held met zijn donkere, grote ogen. Hij kwam uit een warm, maar arm nest. Met zijn opa gaat hij de onderwereld in naar de grote chocoladefabriek en de tovenaar die alle zoete dromen waar maakt. Op het einde verhuist zijn hele familie mee naar de chocolade-wereld.
Het boek Matilda had Roald Dahl toen nog niet geschreven. Hier zie je een bijna omgekeerde gang. Matilda heeft een gigantische binnenwereld, gevoed door de boeken die ze leest. Ze heeft verschrikkelijke ouders en een rotbroertje. Alles wat warm en menselijk is, vindt ze bij haar juf op school, die opent haar naar de buitenwereld en bij haar gaat ze tenslotte wonen.
Een prachtige portretfoto van Rineke Dijkstra op hens website. In het Warmtefort brengt Marieke Lucas een ode aan hens schooltijd: de juffen die hen lieten wonen in een fort van warmte. ‘Matilda’ was hens lievelingsboek. Bijzonder is, dat de oude lagere school nu een plek is waar veel vleermuissoorten leven en beschermt worden. De vleermuis: Het dier bij uitstek dat met donker en licht wordt geassocieerd, verborgen blijven en tevoorschijn komen in de duisternis, haar vleugels spreidt van de onderwereld naar de bovenwereld. En wellicht ‘goede werken’ doet, zoals Batman.
Marieke Lucas vertelt in hetzelfde boekje dat ze ook helemaal idolaat was van Kate Bush, die in een vleermuizenpak kronkelt over de vloer. Dit komt uit 1979 en mij valt nu de vrijmoedigheid en de fysieke uitstraling op, terwijl ze tegelijk zingt. Het is met simpele middelen zoveel vleselijker, echter, directer
en intenser, dan het effect van alle toeters en bellen; licht, video, gemixte geluiden enzovoort, waarmee artiesten zich nu omhullen.