vrijdag 13 december 2024

Dodelijke Blob.


 Opdracht aan mijzelf. Hoe lang kan ik naar dit gezicht kijken zonder bevangen te worden door diepe somberheid en bitterheid? Zoals de de dementors bij Harry Potter, die alle vreugde en geluk uit je zuigen. En dan je beseffen dat deze man jaren en jarenlang in die staat geleefd heeft. Aangedaan door medemensen; ik vind het de hoogste graad van horror en wreedheid. Mensen die een ander mens martelen, dat is toch anders dan soldaten die elkaar op het slagveld afmaken. Daar wordt elk mens anoniem. Maar hier weet je: deze mensen waren met elkaar in één kamer en elke kreet van pijn, elke schreeuw van onmacht werd gehoord, sterker nog: het werd gecreëerd om de ander helemaal te breken.


Vandaag was het omgekeerde van gisteren; het ellendige nieuws kwam nu bij mij binnen. Zoals over deze zeevogels bij de kust van Alaska. Ze spoelen met duizenden (62.000) dood aan, veroorzaakt door de opwarming van de oceaan, die The Blob is gaan heten. Een verstikkende bubbel van ellende die verderf, verdriet en dood zaait…
Nog een ander bericht kwam heel dichtbij: het blijkt dat in vakantieparken in Nederland, Latijns Amerikaanse vrouwen, bijvoorbeeld uit Colombia, die via Spanje naar Nederland worden gesmokkeld, worden gedwongen tot sekswerk. Erbij een foto van het achtertuintje van zo’n huisje, met uitzicht op groen en een bosrand, precies zoals bij mezelf. En ja, ik kan mij meteen voorstellen dat dit kan. Ik zie vaak dagen geen mens. Dus een nette man huurt een huisje, stopt daar een aantal vrouwen in en brengt met een auto de klanten af en aan. Niemand die het opvalt. De inventiviteit van het kwaad: waar kun je je in Nederland nog verstoppen? Juist ja, in een bos. Ook hier de concrete wreedheid. Dat je elke dag die uitgebuite vrouwen ziet, die geen idee hebben waar ze zijn en dus geen kant op kunnen. En dan al die mannen die dit gewoon vinden: naar een vakantiepark rijden, om daar aan je trekken te komen. 


Ik dacht aan de vele immigranten in het straatbeeld van New York, waarvan je weet dat velen niet de papieren hebben om er te zijn. In de metro bijna elke rit, vrouwen met baby’s in een lendendoek die snoep en chocolade in een draagbaar bakje verkopen. Het is een verkapte vorm van bedelen. Want meestal zie je andere metrogangers ze geld geven, zonder het snoep te hoeven hebben. Eén stap verder is over het strand met een rugzakje en plastic zakken vol koopwaar, en als je het dan beter hebt, dan koop je een karretje. Dan heb je  wel al een werkvergunning. En mét een status, als erkende inwoner van NY, dan kun je een eetkar kopen. De hele dag aanwezig, ook op zo’n beetje vervelende plek, waar je de strijd aan moet gaan met de duivenpoep. 
In Queensbridge is het grootste woonproject, ooit gebouwd voor immigranten, met gezamenlijke tuinen rondom de hoge woonappartementen,  en ontmoetingsplaatsen binnen en gezamenlijke wasmachines.
En je kunt ook aan de top van de ladder komen. Dan stap je met je gezin  goedgekleed de metro in met een buggie voor je baby of je wandelt met je hond op een zondagse markt in de Upper West Side van Manhattan. Al die anderen, zoals op het strand: ze kennen elkaar, pauzeren bij elkaar, maken praatjes in een kringetje in het zand op het einde van een zomerdag, als de grootste drukte geweest is. Ik heb het idee, dat al deze immigranten, legaal of illegaal, wél hun eigen sociaal netwerk en vangnet hebben. Hoe anders dan die vrouwen die via mensensmokkelaars, in feite moederziel alleen vastzitten in een vakantiehuisje…
Ik bekeek weer eens het liedje voor de Barbiefilm van Billie Eilish: What Was I Made For? Het krijgt weer een heel andere lading in het zicht van al dat doelbewuste menselijke kwaad, die dodelijke Blob, waar geen ontsnappen aan mogelijk lijkt.