Toen ik Over de Liefde las, van Doeschka Meijsing, was ik niet bijster onder de indruk. Het las lekker weg, bij vlagen humoristisch met een voyeuristisch, bouquetreeksachtig waasje erom heen. Het betrof immers de ware liefdesgeschiedenis van twee bekende Nederlanders: Meijsing en haar vrouw Xandra Schutte, die er met een man vandoor ging en met hem een kind kreeg. Ook mijn boekenclub was die mening toegedaan: leuk boek, vlot geschreven, maar een meesterwerk? Nou nee.
Donker zat ze bij het verschijnen ervan, bij Pauw & Witteman. Nee, ze zou zich niet meer met de liefde bezighouden, ze had haar portie wel gehad. Toen kwam het bericht dat de man van Xandra dood was en in no time de twee vrouwen weer herenigd waren. Pas zat ze weer bij de twee heren. Stralend. En ze genoot zo van het kind: een wonder op twee benen. Maarre... dat kind is toch van hem, probeerden ze nog. Het mocht niet baten: Meijsing zweeft weer op vleugels van geluk.
En nu helemaal: ze heeft de AKO Literatuurprijs gewonnen en Xandra Schutte zat trots glimmend achter haar. Eigenlijk wel apart: het gratis uitgedeeld boek door de bieb was Twee vrouwen van Harry Mulisch en nu weer, staat er de vrouwenliefde centraal. Ik verdenk intellectueel lezend Nederland dat zij een tegenwicht willen bieden tegen al dat brave gesjoemel van de Christen Unie rondom homoseksualiteit.
Dat gebeurt dan vast op half onbewust niveau. Doeschka Meijsing zelf zei dat de uiteindelijke keuze van de genomineerden toch wel een diffuus proces was. Winnen was leuk, maar of je daarmee nou het beste boek van Nederland geschreven had? Ze noemde zelf het ontbreken van Koetsier Herfst van Charlotte Mutsearts . Dat vind ik nu ook, want ik vond dat een geniaal boek. (zie blogje Zeekomkommer in juli)
Wat wel een leuke illustratie is van het gegeven dat je toch ook maar weinig in staat bent om je eigen leven en dat van anderen te controleren, is dat Doeschka's geluk nu alleen maar dáár is, door de dood van die ander. Vreemd en gek. Ergens las ik dat Xandra Schutte nooit gestopt was met houden van Doeschka, maar Meijsing zelf niet in staat was om haar geliefde te delen met een ander.
Nu geniet ze wel van het kind van die ander, die ooit de breker was van haar liefde... al zijn genetisch materiaal zit ook in dat kind, dus in tweede instantie houdt ze toch ook een beetje van hem, nu. Wat kan de liefde toch aparte wegen bewandelen... Gelukkig, maar.