dinsdag 6 december 2011

The tree of life

Gisteren heb ik maar mijn eigen pakjesavondsfeer gecreëerd. Ik begon als voorafje sushi te eten, 35% korting bij AH, alles wat ik eet wordt daarvan af geleid: daarna Indiase kip-tandoori , ook 35% en ik had de muizen & kikkers, mijn favoriete sinterklaassnoepgoed alvast op een groen Ikea-bordje erbij gelegd.

Ik had mezelf een dvd cadeau gedaan en toog daarmee, met banketletter, een cointreau-tje, koffie met slagroom naar boven. Mmm...Van de film had ik heel hoge verwachtingen, want ik had er een zéér lovende recensie over gelezen. Ik werd niet teleurgesteld.

De film heet The tree of life van Terrence Malick. Ik had nog nooit van de man gehoord, maar hij schijnt een soort kluizenaar te zijn, die zich 20 jaar uit de filmindustrie heeft teruggetrokken en nu met zijn magnum opus komt.De film is dit jaar in Cannes bekroond met de gouden palm. Eerdere films van hem zijn: Badlands, Days of Heaven, The thin red line. Ik ga daar nu zeker naar op zoek.

De film laat zich moeilijk beschrijven, omdat het zoveel lagen in je zelf tegelijkertijd aanspreekt. Het begint met een licht dat flakkert in het donker en een vrouwenstem die zegt: Vroeger bij de nonnen heb ik geleerd dat er twee manieren zijn om te leven: de weg van de natuur en de weg van de gratie. Je ziet een jong meisje in beeld bij een staldeur, de natuur en de bomen rondom haar vibreren van leven. Het meisje verandert in een volwassen vrouw, lichtvoetigheid en gratie straalt van haar af.

Ze wordt de moeder van drie zonen in een gezin in Texas in de jaren vijftig. Een ervan zal op 19-jarige leeftijd omkomen. Dan zie je een architect in een grote moderne stad van nu, die ook naar een boom kijkt en daardoor terug gevoerd wordt naar het verleden: dat gezin in de jaren 50. Daarin verweven, het ontstaan van het heelal, het eerste grootse leven op aarde: dinosaurussen die elkaar achtervolgen. De ene kan de andere vermorzelen, maar doet dat niet op het laatste moment. Beelden van woestijnen, luchten, opborrelende lava, water dat in spiralen stroomt.

Het gezin wordt gedomineerd door een hardvochtige vader, die eigenlijk musicus had willen zijn: hij volgt de weg van de natuur en voedt zijn kinderen ook zo op: voor jezelf opkomen, alleen de sterkste zal overleven. De moeder volgt de weg van de gratie. De kinderen zijn bang voor hem en leven op als hij op zakenreis is. Je ziet hoe hij, die nu architect is en zich nog altijd afvraagt wat de zin van alles is, zoeken tussen de weg van de natuur en de weg van de gratie.

Maar dit is eigenlijk alleen een oppervlakkige beschrijving van een film waar de microcosmos van dat particuliere gezin en de macrokosmos met de onderliggende vraag: wat is leven en wat is de zin ervan ?, elkaar ontmoeten.

Het gaat over de strijd die in een ieder woedt tussen het goede en het kwade in je zelf, over keuzes, over de wijze waarop je in de wereld bent. Over het wonder van leven, de angst voor de grootsheid en de nietigheid daarvan, tegelijkertijd. Vol prachtige poëtische beelden, die in een soort cadans en ritme over je heen dalen.

Heel mooi, ook hoe de zoon zich uiteindelijk weet te verzoenen met de onmacht en onveiligheid die zijn vader hem altijd heeft gegeven. Hij ontmoet hem als zijn jongere zelf en weet daardoor dat zijn vader ooit ook een ongeschonden ziel had. Ik denk dat het een film is waar een ieder een eigen wijze les uit zal halen. Wie niet gesticht wil worden, laat gewoon alle woorden los: als het je lukt om geen oordeel over de film te hebben en alleen maar geraakt wordt, dan schiet de film precies in de roos.