In een oude Kunstform van jan/febr 1999 vond ik een interview met Mark Dion. Op de dOKUMENTA zou je bijna langs zijn werk heen lopen, want hij bouwde een zeshoekige eiken boekenkast in het Ottoneum het Natuurhistorisch museum. Een nieuwe bestemming voor de al bestaande 530 driedimensionale ´boeken´die in de 18e eeuw gemaakt zijn. Deze 'boeken 'bevatten de levenscyclus van 441 bomen en planten die er rondom Kassel zijn en de 'kaft 'is van de desbetreffende boomschors gemaakt. Ze zijn van was nagemaakt: het blad, de vrucht, de kale tak, kleine kunstwerkjes op zich. Dion voegde er zes nieuwe boeken aan toe, van bomen van de verschillende continenten.
Je kunt de boekenkast inlopen en er helemaal rondom lopen en op elke wand aan de buitenkant is in hout de boom ingelegd van de bomen van de verschillende continenten die Dion daarbij verzameld heeft. Het past precies in de hele sfeer van het museum, a la het Teylers Museum in Haarlem, tjokvol wonderen der natuur. Deze boekenkast die blijft daar ook, gelukkig iets wat niet afgebroken wordt, nu de dOKUMENTA afgelopen is.
Door het interview zie ik de lijn waarin dit werk hoort, het verhaal dat Dion wil vertellen: al zó lang trouw aan dezelfde passie. Ik vind dat mooi aan kunstenaars met een missie, die zonder moralistisch en dogmatisch zijn, zich elke keer weer voor een nieuwe uitdaging zetten. Hoe ga ik me ditmaal verhouden tegenover mijn eigen thema? Bij Dion is dat het voortdurende gesprek dat hij voert met de natuur. Wat voor plaats neemt natuur in, in het leven van mensen? Is het een toevluchtsoord, een plek van bewondering en je terug trekken, een plek om dingen uit weg te halen? Hij zegt dat in het begin van de 20-e eeuw, de natuur en de dieren tot een spektakel zijn gemaakt en dat dit ons nu nog beïnvloedt.
Je kunt de boekenkast inlopen en er helemaal rondom lopen en op elke wand aan de buitenkant is in hout de boom ingelegd van de bomen van de verschillende continenten die Dion daarbij verzameld heeft. Het past precies in de hele sfeer van het museum, a la het Teylers Museum in Haarlem, tjokvol wonderen der natuur. Deze boekenkast die blijft daar ook, gelukkig iets wat niet afgebroken wordt, nu de dOKUMENTA afgelopen is.
Door het interview zie ik de lijn waarin dit werk hoort, het verhaal dat Dion wil vertellen: al zó lang trouw aan dezelfde passie. Ik vind dat mooi aan kunstenaars met een missie, die zonder moralistisch en dogmatisch zijn, zich elke keer weer voor een nieuwe uitdaging zetten. Hoe ga ik me ditmaal verhouden tegenover mijn eigen thema? Bij Dion is dat het voortdurende gesprek dat hij voert met de natuur. Wat voor plaats neemt natuur in, in het leven van mensen? Is het een toevluchtsoord, een plek van bewondering en je terug trekken, een plek om dingen uit weg te halen? Hij zegt dat in het begin van de 20-e eeuw, de natuur en de dieren tot een spektakel zijn gemaakt en dat dit ons nu nog beïnvloedt.
Hij wijst daarbij op het ontstaan van het circus, en de Amerikaanse circusdirecteur T. Barnum: dieren leerden kunstjes, ze werden vermenselijkt en Walt Disney heeft deze lijn voortgezet. In 1999 dus, maakte hij in het Ludwig museum in Keulen een installatie:Aangekondigd op een ouderwets circus affiche: `Rare atraction, the amazing zoological wonder, The transalvanian most furious monster...`Je loopt een van latten getimmerde tent met witte doeken binnen en daar is een opgezet skelet te zien van een grote beer. Ik geloof dat ik het indertijd in het echt gezien heb en natuurlijk niks snapte van deze kunst.
Nu wel. Dion maakt installaties, videofilms enzovoort, hij zet elk middel in dat mogelijk is, als reactie op wat hij in zijn omgeving ziet, hoe deze met natuur en dieren omgaat. Ironie is voor hem een heel vitaal stijlmiddel. Zijn favoriete schilder is Goya en daarvan zag ik in mijn plaatjesboek een schilderij van de Hertogin van Alva uit 1795. Een dame in een witte japon in een leeg landschap, met aan haar voet een klein wit hondje en beide dragen een rode strik. Grappig en raadselachtig en ik begreep iets meer van Dion. Wát kan ik in woorden niet eens vatten.
In Kassel bouwde hij een boekenkast, waardoor de levende natuur rondom Kassel ineens omgeven is door de levende natuur van de hele wereld eromheen. Van eikenhout, in navolging van Joseph Beuys die ooit 100 eiken in Kassel plantte. Gewoon een heel mooie boekenkast, die daar permanent blijft, passend in één van de thema's van de dOKUMENTA , dat herstel en voortgang altijd mogelijk is.