Aaaaah!, hoorde ik mezelf hardop roepen in de stilte van de Onzalige Bossen boven Dieren. Het was de eerste rood-met-witte-stippen paddenstoel van de herfst die ik ontwaarde. De hele herfst al was ik me het bewust: ik heb die nog niet gezien. Jarenlang lag mijn werkplek vlak bij een bos en daar liep ik dan in, na of tussen twee diensten in. Zodoende zag ik de vliegenzwam al vroeg: begin Oktober en dan was voor mij de herfst begonnen. Ik miste dit markeringspunt dit jaar.
In de bossen waren overigens veel paddenstoelen en vanochtend in de krant stond dat dit een nieuwe taak is van boswachters: illegale pluk betrappen met een pistool op zak (jawel !) en pepperspray. De daders zijn veelal dames van over de 60, die zich heel onnozel houden en soms de broek naar beneden doen en net doen of ze aan het plassen zijn. Ik zie zoiets helemaal voor me.
Wat heel mooi was waren de spierwitte dunne platte parapluutjes op de grote dode takken. Ze leken wel van fijn porselein met aan de bovenkant een glanslaagje van glazuur. 'Glaced with rain': dat was het, en ik dacht aan het gedicht van William Carlos Williams: So much depends upon,/ a red wheel barrow/ glaced with rain/ beside the white chickens. Variaties genoeg: 'zo veel hangt af van witte rijtjes paddestoelen, glaced with rain/ op donkere takken in het beukenblad', bijvoorbeeld. Het blijft een geheimzinnig en krachtig gedicht, vind ik, haiku-achtig, omdat 'íets' erin zó waar is en een andersoortige wereld open breekt.
Waarom die Bossen 'Onzalig' heten: geen idee. Ik vind ze juist zo zalig. Het is er werkelijk stil (behalve in de weekends...) omdat het overloopt in de Veluwezoom en wat het er zo bijzonder maakt, zijn de hoogteverschillen. Er zijn hoge aarden wallen, waardoor je als het ware in een verdiepingsdecor loopt: boven de fijne lariksbomen, omgeven met al een gelige waas, daaronder de dikke donkere beukenbomen met al dat bruine ritselend blad, dat licht naar beneden glooit, daartussen door, in de verte, de donkere silhouetten van sparren. Er is een prachtige rij beukenbomen aangelegd, die je op-en-af als een omgekeerde zigzg beklimt en weer afdaalt. Wellicht is dat 'onzalig" voor velen, bedenk ik nu.
Ook in de breedte steek je regelmatig brede beukenlanen over: het waren de oude koningswegen , aangelegd in de 18e eeuw. Zo reed het koninklijke jachtgezelschap met vervolg door de bossen heen van de ene pleisterplaats naar de andere. Ik liep er in mijn eentje op deze zalige, zonnige dag. En dan aan de rand van de hei, als je de Posbank bereikt, in het riet in de late middagzon, eind Oktober nog een tukje kunnen doen, menslief wat wil je nog meer: Zalig!