zondag 14 juli 2013

Zus en zo

Wat zijn er toch veel manieren en wegen waarop mensen blijk geven van hun betrokkenheid op elkaar, de ene keer onhandig en stuntelend, dan weer met gratie, in een 'flow', die je niet kunt fabriceren tevoren, maar er zomaar is. Ik zag onlangs op dvd de film Paris, Je t' aime en daarin vertellen twintig bekende regisseurs iets over een ontmoeting tussen mensen, waar 'de liefde' op de een of andere wijze een rol speelt. Elk verhaaltje speelt zich af in een andere wijk van Parijs.

Een heerlijke film. Omdat je zo mee zwerft door Parijs op plaatsen waar je zelf ook ooit geweest bent. Zelfs het filmpje dat zich afspeelt rondom een boeddhistische tempel in een buitenwijk: de sfeer van die verlaten hoge flatgebouwen rondom en dan ineens verzonken, die tempel tussen de parkeergarages in, ik liep er weer in die mengeling van zoeken en vinden.

Het verhaaltje dat heel erg bij me binnen kwam was die van Alexander Payne, die ik onlangs ontdekt heb, en die meteen zijn handtekening en handelsmerk letterlijk laat verwoorden door de  hoofrolspeelster: Een eenvoudige Amerikaanse huisvrouw, die jaren op Franse les heeft gezeten, ziet eindelijk haar droom in vervulling gaan: een bezoek aan Parijs. Ze dwaalt rond en oefent haar Frans. Ze gaat naar Pere Lachaise, en gaat ergens Chinees eten. Ze wordt overvallen door een gevoel en ze verwoordt het aldus: is het leven niet altijd een mengeling van vreugde en droefheid?...

Gisteren zag ik een andere film Junebug en ook daar raakte ik in datzelfde grensgebied, waar je niet precies meer weet wat zich eigenlijk afspeelt in de hoofden van alle personages en je het eigenlijk ook niet meer wil weten. Een stel, zij `kunsthandelaar van autodidacten' gaat onverwacht weer op bezoek bij zijn familie, omdat in het bos dichtbij zo'n autodidact woont. Hij blijkt al meer dan 3 jaar niet thuis te zijn geweest, blijkt hymnen te hebben gezongen in de plaatselijke kerk, wordt als een verloren zoon weer welkom geheten.

In het huis wonen zijn ouders en zijn jongere broer Johny, die helemaal niks zegt en zijn hoogzwangere vrouw. Vader doet aan houtsnijden, moeder bedisselt en doet, hoogzwangere hoopt maar dat haar man toch echt die baby wel wil, maar zeker is dat niet. Elke nacht hoort een ieder in het kleine huisje het stel vrijen. Aanstaande moeder wil haar baby wellicht Junebug noemen, en wat is dat, bedenk je later als de film is afgelopen, Juni-insekt? Ofzo. Enfin. Een goede film waarna je naar afloop denkt: ja, zo kan het leven gaan, zo onbestemd kan het er dagelijks uitzien en zo zoekt een ieder, achter de schermen, in het hart en het hoofd, naar bestemming.

Gisteren zat ik in de St Stevenskerk in mijn stad, alwaar de opening was van de Zomer- en Vierdaagsefeesten. Janne Schra trad op. En ik was werkelijk even ontroerd, toen de eerste klanken klonken en het een liedje was dat ik ontdekt heb op Oerol en dat ik gedownload had en vaak luisterde in de nacht bij mijn  tentje: Speak up.
Ja, iets van woorden is toch altijd nodig om betrokkenheid te kunnen ervaren, zowel met anderen, maar ook met jezelf. Kunnen zeggen dat het leven altijd bestaat uit zowel vreugde als verdriet, dat het die mengeling is, die je laat voelen dat je leeft.