Ik lees een mooi boek, Stoner van John Williams. Het is al van 1973, maar het is nu in de Nederlandse vertaling een bestseller geworden. Die bladerde ik in, maar vond de vertaling meteen storend; houterig, dus nu heb ik het in het oorspronkelijke Engels: een 'vakantieaardigheidje' maar het is veel meer dan een aardigheidje, het is verslindend en ik geniet van het Engels, zo helder en to-the-point, het komt me voor dat er geen woord teveel of te weinig staat.
Het vertelt het 'gewone leven' van een jongen uit een arme boerenfamilie in het Zuiden van de USA, die door zijn ouders wordt gestuurd naar de universiteit voor een landbouwopleiding. Daar ontdekt hij de literatuur, studeert af in Engels, gaat niet meer terug naar zijn geboorteplek, wordt docent, trouwt en weet na een jaar dat dit huwelijk een mislukking is en na hoofdstuk 5, waar ik nu ben aanbeland, hebben ze een dochtertje, die hij het eerste jaar van haar leven volledig heeft verzorgd, want zij ligt ziek op bed.
Heel gewoon dus, in de middelmatigheid van het soort leven dat beschreven wordt, dus heel herkenbaar. Uitzonderlijk omdat je het innerlijk leven van Stoner op de voet volgt en dat is even herkenbaar. De ontdekking wat een sonnet van Shakespeare kan betekenen, de onvermoede werelden die taal en literatuur kunnen openen. Zijn beslissing om niet naar Europa te gaan om te vechten in de eerste Wereldoorlog. Van buiten wellicht beoordeeld als 'laf', twee vrienden gaan wel, maar van binnenuit weet Stoner dat hij al werelden heeft moeten bevechten door zijn beslissing om niet terug te keren naar het boerenmilieu van zijn ouders.
Dan het ontwaken van gevoelens van liefde en hoe die stranden omdat ze bij de verkeerde aankomen. Zijn pogingen om uit de wederzijdse gevangenis te ontvluchten en hoe dat gedoemd is om te mislukken, omdat ook zij in haar eigen wereld gevangen zit en die twee zullen elkaar nooit kunnen ontmoeten of kunnen losbreken.
Gisteren zat ik een frietje te eten buiten, terwijl er een gestage stroom mensen voorbijtrok, allemaal onderweg naar de stad vol feesten. Zoveel verschillende soorten van mensen. Elk met eigen werelden om hen heen. Hoe dat almaar verandert, de inschattingen, de vermoede werelden en nu allemaal op weg naar muziek, plezier, op naar de goede dingen des levens. Als dat zou kunnen, van binnenuit, je weet het allemaal niet.
Zo is het leven, zo gewoon en ongewoon tegelijk. Een ieder gaat een weg, naar voren, vooruit, op zoek naar momenten van werkelijke vrede en geluk, Stoner is Elckeryc, en wel heel erg in de vorm zoals ikzelf ben en zo beleven veel boekenlezers dat kennelijk, OSM, ons soort mensen.