dinsdag 15 juli 2008

Crocs

Toch wel kicken, om uit de stille Sionsabdij in Diepenveen, uit de trein het feestvierende Nijmegen in te lopen. Ik hou er wel van: om de binnenstad ineens het podium te zien zijn van allerlei soorten subcultuurtjes. De liefhebbers van het Nederlandstalige lied, waar De Vlieger van Hazes meegebruld werd, Afrikaanse koffie en trommels, salsamuziek, Portugese fado's, hasjgeur bij de alternativo's, jazzy geluiden bij de keurig gekleden.

In het klooster kon een oude broeder al die feesten geloof ik niet echt waarderen. Vroeger was het alleen wandelen, nu heeft de middenstand het bijna overgenomen, zei hij. Ik hield maar even mijn mond. Iemand van over de 80 jaar, die kun je toch niet meer bekeren.

Bekeren? Tja tot wat dan, eigenlijk? Ik gelóóf nou eenmaal dat dit soort feesten, waar een hele stad aan deelneemt en waar ieder een eigen plekje vind om te swingen, te kletsen en uitgelaten te zijn, dezelfde functie vervult als vroeger de kerk. Ook de kerk heeft gedreven op een samengaan van commercie en 'hogere doelen'. Commercie, handel is altijd ook een motor geweest van goddelijk vermaak.

Vanochtend schoot ik in de lach door een artikel in Trouw geheten: 'Weg met de pijnlijke pump'. Hoe de geitenwollensokken gezondheidslippers en sandalen nu eindelijk ook een trendy elegant uiterlijk hebben gekregen. Comfort meets fashion is de slogan van schoenenfabrikant Clarks. Ook Crocs profiteert van deze gezondheidtrend. Dus zijn er nu ook elegante Crocs. Want ze snappen bij Crocs ook inmiddels: 'Dat niet elke vrouw in staat is met een serieus gezicht roze schuimklompen aan te trekken.'

Welnu ik ben zo'n vrouw. Zowaar als dat ik dit blog typ, met mijn roze klompencrocs. Een soort olifant in een porseleinkast... dat wil ik niet zijn, maar soms is het niet anders. De kerk van vroeger komt nooit meer terug. Alle religieuzen sterven uit. Er moeten dus nieuwe religieuze menssoorten ontstaan. Bijvoorbeeld een mevrouw met roze klompenpoten, die direct uit een klooster gaat staan heupwiegen bij een Nieuw Zeelandse achtkoppige jongensband The black Seeds, ska-reggae-funk-soul-achtig heet het geloof ik, met teksten als 'All that you give, will come back to you"...of "There is something true, that I can see in you.'