Gisterenavond even getwijfeld of ik naar het lijsttrekkersdebat zou gaan kijken. Alras besloten van niet. Eigenlijk kan dat hele thema 'economie' me geen lor schelen. Wanneer we ons zelf plaatsen in een wereldwijd perspectief, dan kunnen we allemaal wel wat inleveren. Al die ego's op de buis in hun zorgvuldige rituele schaakpartij in de dans naar macht en opvallerij, wetend dat je daarna weer alle energie moet stoppen om zonder veel gezichtsverlies compromissen te sluiten... het heeft ook iets leegs en iets heel voorspelbaars.
Dus keek ik daarvoor in de plaats naar Star Wars; The return of th Jedi (1983).Een epos over de eeuwige strijd tussen goed en kwaad en de goeden zeggen tegen elkaar: May the Force be with you. Het kwade zal winnen als de goeden zich overgeven aan angst, haat en agressie. Master Yoda, een klein onooglijk wezentje is de leermeester van de Jedi, de strijders voor het goede. Ik heb hem ooit gebruikt ( toen ik stage liep om wie weet leraar levensbeschouwing te worden), als eén van de vele keuzes die leerlingen konden maken uit de gelukbrengers op hun gelukschijf en ik vond het opvallend, dat een heel aantal leerlingen hem uitkozen.
Zo wordt de kennis van goed en kwaad niet meer via kerk of geloof, maar via film overgebracht. Star Wars van George Lucas is een oer sci-fi filmsaga, het eerste deel kwam in 1977 al uit, met opvallend veel humor. Bijvoorbeeld in de vechtende teddyberen, Ewoks geheten, met primitieve middelen zoals stenen en boomstammen en slingers. Avatar ontbeert die humor en Lord of the Rings eigenlijk ook. Zouden we in het Westen iets te serieus zijn geworden, vastzittend in genrefilms en hokjes en vakjes?
Dit bedacht ik door de film die daarop volgde, de Koreaanse film The Host (2006). Het grootste bioscoopsucces in de filmgeschiedenis van Zuid-Korea, maar ook in Cannes juichend ontvangen. Ik zat tot diep in de nacht zeer geboeid te kijken. Het gaat over een allesverslindend monster, iets tussen een vis, een glijdend, lopend en vliegend amfibie en een reuze inktvis met tentakels, in. Het is ongeveer zo groot als een vrachtwagen en in de Han rivier in Seoel onstaan, doordat er ooit op bevel van een blanke Amerikaan, zeer giftige chemicaliën in de rivier zijn gedumpt.
Maar eigenlijk gaat het over de gekke familie die achter hun schoolmeisje aangaat, dat via een mobieltje te kennen geeft nog te leven en ergens in het immense riool van Seoel te zitten. En eigenlijk gaat het over emoties zoals angst en verlies en onmacht en verdriet. Er zitten heel poëtische beelden in. Close-ups van zoekende gezichten in de stromende regen, het meisje met bevuilt gezicht die een ander jongetje met lieve ogen ontmoet in het riool en ze samen dromen over eten. En eigenlijk gaat het over absurde bureaucratie en de mensen daarin die je niet geloven. En daar kun je ook nog om lachen. Humor en tragedie wisselen elkaar voortdurend af.
Misschien dat zo'n film me extra raakt, omdat de soort gezichten lijken op mijn eigen gezicht. De meest simpele verklaring ever. Maar ik snap ook meteen iets van de totale mengeling en gehutselkluts van genres en gevoelens. Hier geen orde en regelmaat, geen hokje en vakje. Alles stroomt in elkaar over. Humor en de dood naast elkaar. Fantasiemonster en Zwart Gat ineen.
Gewoon een fijne janboel. De Nederlandse samenleving lijkt overgeregisseerd. Vanochtend moet je dan weer in de krant lezen hoe de verschillende lijstrekkers het hebben gedaan. Kan het iemand werkelijk schelen? Voor het Songfestival lopen misschien wel meer mensen warm. Ik ga vanavond ook kijken naar de halve finale. Want Sieneke die komt uit mijn wijk. En we hebben hier ook bijna een watermonster gehad. Iemand meende een krokedil-achtige in de wateren gezien te hebben. Groots Onderzoek is gepleegd. Want het kon, omdat er een reptielenbeurs in de buurt was geweest.
Ik bedoel maar, het gaat mensen om emoties dicht bij huis, dicht onder je eigen huid. Letterlijk en figuurlijk. Je wilt erbij kunnen horen. ( Job Cohennerig, ja. Nederland leek ook heel eventjes te herademen.) Ik wil erbij horen. Waarbij? Bij die stroom van het banale en het verhevene, high&low culture, al die verschillende soorten dingen, dat te samen Leven heet. Waarbij je hoopt dat het Goede zich uiteindelijk zal uitzuiveren en zal overleven.