Elke keer valt het me weer opnieuw op: er hangt een enorme blinde vlek in christelijke kringen. Christenen denken allemaal dat er ergens een wereld op hen wacht, die van de ongelovigen, die allemaal heel veel gelukkiger zouden zijn, als ze dat fijne christelijke geloof zouden kennen. Terwijl dezelfde wereld met heel andere dingen bezig is, inspiratie overal vandaan haalt en áls ze dan wat vinden binnen dat christendom, ze ervan griezelen om binnen gehaald te worden.
Zo ook Brigitte Kaandorp. Die komt nu regelmatig in een protestantse kerk, door haar man Jan, voor wie ze ook kerkelijk getrouwd is, met drie psalmen. Van de psalmen schiet ze elke keer weer vol, de tranen biggelen dan over haar wangen. Hier gaat het om: niet de christenen doen het werk, maar de oeroude teksten zelf. Dat is mooi.
Psalmen zijn immers teksten , gezangen, waar alle menselijke emoties aan bod komen en deze emoties tegelijkertijd weer uit handen worden gegeven aan... God. Wat wil zeggen dat deze teksten je de mogelijkheid geven om alles te voelen wat maar mogelijk is, oók haat, nijd, moordzucht, zwart-zwartgallighied en al uitsprekend, stijg je tegelijkertijd boven jezelf uit.
Ook Herman Finkers eindigt zijn laatste show met een Psalm: nr 131, ook zo ongeveer mijn lievelingspsalm, want ik heb deze al twee keer gebruikt bij een meditatie. Ik vind dat de enige motivatie van zoiets kan zijn;( meditatie geven, cursussen of workshops willen geven over iets uit het christelijk erfgoed of psalmen gebruiken in het cabaret), dat JIJ warm loopt om dit te doen en daarom kán je niet anders dan dit doen, je vind het gewoonweg leuk. Leuk, dus, niet Zinvol, Belangrijk of Onontbeerlijk.
Maar in de blinde vlek van al deze christenen hangt een soort sfeer van zelfopoffering, het zó druk hebben in de pastorale praktijk, wéér een weekend en een avond eraan geven, en o, o, o, o, wat doen wij het toch g-o-e-d !!!, maar we praten er niet teveel over, want we zijn tegelijkertijd bescheiden en nederig, gatver, ik word er wat misselijk van.
Ik moest dit even kwijt. Als alle christenen nou eens stoppen met al hun Goede Werken: Daar zou de wereld van opfrissen. Met name de wereld van die actieve christenen zelf.
PS: Kennelijk hangt er iets van dit gevoelen in de lucht. Suurmond besteed in zijn column in Trouw van 13 Oktober 'Als geestelijk verzorger ben ik een monster', aandacht aan de pastorale praktijk. Hij sluit aan bij het verhaal Der Verwandlung van Franz Kafka. Daar verandert de altijd behulpzame Gregor Samsa in een reuzenkever en ontdekt dat zijn familie opbloeit, nu zij verstoken zijn van zijn hulp.