In de trein reizen, met een thermoskan thee, de krant, een tijdschrift en het landschap aan je voorbij laten trekken, vind ik een heel aangename bezigheid. Dus begaf ik me naar Maastricht. Het zuiden des lands is toch echt weer een andere belevenis, dan naar het Westen. Nu wordt het allengs leger en ruimer en zelfs heuvelachtig. Zonnige herfstbossen met een dravend zwart paard met wagentje door de hobbelige landerijen: het buitenland riekt.
Ik ging naar de opening van de tentoonstelling: Live Forever; schilderijen van Elizabeth Peyton. Ik hoopte er twee vliegen in eén klap te kunnen slaan: de kunstenares zelf zien en horen in een interview dat zou worden afgenomen door de zus van W., die ik vooral ken als puberende tiener rondom de grote eettafel in de keuken van de boerderij van hun ouders en die nu curator is van het Bonnefantenmuseum. Helaas geen zus, wel een oudere man, met wie Peyton volgens mij geen chemie had.
De schilderijen van Peyton zijn portretten van intimi en beroemdheden op ongeveer A4-formaat, sommigen iets groter en andere kleiner, met heldere kleuren in dunne olieverf. Aan de grote witte museummuren hangen per zijde maximaal zes van zulke portretten en dat lijkt al te veel. Ze stralen zo'n kracht uit: een mengeling van melancholie en levenslust, een korte moment opname, losgescheurd uit de tijd en tegelijkertijd tijdloos. Geslachtloos ook, androgyn: velen met felrode lippen.
Als je de geportretteerde weet te plaatsen (Frida Kahlo, Georgia O' Keefe, Koningin Elisabeth, Kurt Corbain, Al Gore, E.P. zelf) dan komt er iets heel vitaals van die persoonlijkheid door, maar ook als dat niet het geval is dan lijkt elk schilderij te werken als een kleurige scherf van een caleidoscoop, die telkens maar weer schoonheid en het verdwijnen daarvan in elk beeld weer vastlegt.
Zelf zegt ze: Het kan me gewoon echt overweldiggen dat de tijd voorbij gaat. Ik denk er constant aan, bijna obsessief. Hoe dingen veranderen, hoe ik verander, dat je het op geen enkele manier kan tegenhouden. Maar als ik aan het schilderen ben, let ik er helemaal niet op. Dan denk ik er allemaal niet over na. Dan ben ik ergens anders. Ik weet dat dat als abracadabra klinkt.
Ergens anders zijn: waar tijd en vergankelijkheid even geen vat op je heeft. Zo zijn de kleine schilderijen van Elizabeth Peyton als kleine glas-in-lood ramen in een lege kapel: door er naar te kijken en deze figuren zo bewaard zijn voor het nageslacht, zijn het kleine vensters met zicht op de eeuwigheid: Live Forever.