donderdag 31 maart 2016

Het stille leven

Ik zag een mooie ontroerende en ook wel heel stille film met iets gelijksoortigs in de titel: Still Life. Het begint met een aantal shots van verschillende begrafenissen: rijkelijk katholiek met wierook, Russisch-orthodox, een kale en sobere crematiezaal,  waar alleen een voorganger is en één man. Die man werkt bij de gemeente en regelt de uitvaart van mensen die helemaal alleen zijn,  geen nabestaanden, geen familie, geen vrienden.

Hij komt dus vaak in verwaarloosde huizen en dan zoekt hij in het huisraad naar iets persoonlijks. Dat neemt hij mee en maakt daaruit een overweging, die voorgelezen kan worden. Bij een foto van een vrouw met haar poes en een kerstmutsje op laat hij dan de voorganger zeggen, dat ze ervan hield om de kerstdagen in stijl door te brengen. Van een ieder bij wie hij zo als laatste aanwezige mens aanwezig was, plakt hij een foto in een groot blauw foto-album. Al is het maar met de verfrommelde en vervuilde stadspas van de desbetreffende waar vaag een pasfoto op te zien is. Elke avond na zijn werk bladert hij in zijn grote boek.

Zelf kent hij ook niemand. Zijn leven is omringd met al die doden die voor hem blijven leven, en de as van velen, die hij nog niet kan laten uitstrooien, in de hoop dat hij toch nog een bekende of een familielid kan opsporen. Ze kennen hem bij het crematorium en ze sporen hem aan om toch wat meer urnen mee te nemen: de planken raken vol.

Dan wordt dit kalme, sobere, aandachtige bestaan, gefilmd in stille close-ups, bijvoorbeeld  hoe hij zijn tafel dekt, met een vierkante, gestreken doek en servet, een appel aan de ene kant, het bord en zijn maaltijd: elke dag vis uit een rond blikje met een geroosterde boterham ernaast, ruw verstoord. Hij is te duur, hij doet veel te lang over alles, het kan allemaal efficiënter. Met lede ogen moet hij aanzien op zijn laatste werkdag dat zijn opvolgster alle urnen uit het crematorium in een kuil leeg strooit.

De film zet je aan het denken over al die onzichtbare handelingen en draden die het leven werkelijk levenswaard maken. Wat werkelijke zorg voor elkaar is. Niet de efficientie en het nut en dat wat financieel het aantrekkelijkst is. Niet omdat wat je doet, goed of snel of zichtbaar is. Maar omdat je altijd durende aandacht oefent voor hen die er zijn en niet-meer-zijn: het stille leven.