donderdag 17 maart 2016

Mooie, kleine gebaren

Wat is het toch een apart gegeven, dat mensen bij eventueel verwacht verdriet en ellende, in een keer veel zachter en vriendelijker voor elkaar  en zichzelf kunnen zijn. In het Wijkcentrum hangt nu een milde sfeer. Iedereen weet dat vrijwilliger J. vanmiddag de uitslag krijgt of de al geconstateerde darmkanker, een nu overzichtelijke tumor, uitzaaiingen heeft naar de nieren, de lever of de longen.

J. die rondom haar familie al bakken ellende te verwerken had en daar bijna aan onderdoor ging, wat resulteerde in onverwachte scheldpartijen, is de laatste week juist één en al opgewektheid. Vreemd genoeg veel echter en warmer dan eerder. Gisteren heeft ze een rommelkamer hier opgeruimd en had daar plezier in.  Vrijwilliger T. heeft net ijsjes voor iedereen gehaald en de naam van J. valt, en dat als het goed is, ze zo meteen nog wel langs zal komen.

Vrijwilliger T. heeft vanochtend ook een kaarsje voor haar aangestoken. 'O, dat doe ik ook weleens, mooi!', reageerde ik. 'Nee, Mirjam! Dat doe ik niet voor de gezelligheid hoor!' bulderde ze. 'Ja, dat wéét ik,' zeg ik, daarom zeg ik: 'Ik vind het mooi, anders had ik gezegd: leuk, gezellig!'  Ze kalmeerde en vertelde  dat ze dat deed, ook bijvoorbeeld voor haar kleinzoon, toen die examen deed. Die lacht het weg, maar toen hij het haalde was hij wel blij.

Mooie, kleine gebaren. Ik eet het koele ijsje op, proef de perensmaak en hoop voor J.

PS: Ze heeft geen uitzaaiingen!