Hoe die algoritmes werken, ik weet het niet... maar ik had net geblogd over Dion die zich zo graag liet voorlezen en toen verscheen er het jongetje dat Elliot speelt, het vriendje van E.T., Henry Thomas’ screentest: OK kid, you’ve got the job. Zij lijken dus heel erg op elkaar, wat een raar toeval. Ik kijk en het is ongelofelijk hoe hij zich kan inleven in de rol en huilt bij de boodschap dat E.T. bij hem zal worden weggehaald.
E.T. is altijd een favoriet van mij geweest, ik zie mij nog uit de bioscoop wandelen met H. , we waren nergens op voorbereid, we gingen elke week naar de film en nu keken we elkaar meteen aan, een beetje overrompeld door het vreemde van wat we net gezien hadden en vroegen wat vind jij ervan?... en knikten naar elkaar: ja, mooi. Na het filmbezoek gingen we naar het café en daar analyseerden we altijd uitgebreid wat we ervan vonden. Het was een groot plezier, die discussies die we dan hadden, juist ook als we het ergens niet eens over waren en de argumenten die dan over de tafel gingen.
Maar hier waren we het eens en vonden het misschien wel een minpuntje dat E.T. een beetje Jezus-trekken had, waar Jezus wonderen verricht, want E.T. heelt een bebloede duim van Elliot en later laat hij een verdorde plant in een bloempot weer gele bloemen krijgen als teken aan Elliot dat hij leeft. Wij waren beide studenten theologie en nu blijkt dat we beide onze eigen kokervisie erop geplakt hadden.
Want ik kijk nu naar The Making of en daarin wordt verteld dat men tevoren een groep kinderen heeft gevraagd wat zij zich voorstelden bij een buitenaards wezen en wat die dan kon. Velen noemden het kunnen laten bewegen van voorwerpen in de lucht en tot hun verrassing: dat dit wezen goede dingen zou doen, zoals je beter maken. En zo zijn beide wensen in de film terecht gekomen.
De film is gemaakt met veel psychologisch inzicht: voor de casting met Henry Thomas had men de groep kinderen die de vriendjes van Elliot zouden spelen en het toen beoogd jongetje dat Eliott zou spelen bij elkaar gebracht en ze lieten hun Dungeons and Dragons spelen. Al heel snel bleek dat het niet klikte; de groep kinderen vonden hem niet leuk en hij werd steeds baziger... dus het kon niet doorgaan en hun zoektocht naar Elliot begon weer opnieuw. Henry Thomas was uit Texas ingevlogen en binnen enkele minuten was iedereen in tranen: hier stond Elliot, dat kon niet anders en Steven Spielberg zei meteen: je hebt de baan! Dus geen proefspel meer met de andere kinderen, niet nodig in dit geval met zoveel overtuigingskracht.
ET, niemand wist hoe hij eruit zag: maar het zou dezelfde lengte krijgen als Elliott en ze konden elkaar op een afstand aanvoelen: gelijkwaardigheid dus, op alle fronten. Dus die Jezus-trekken, dat slaat nergens op en het doet me realiseren dat dit is wat ik nú kwijt wil raken: om als theoloog de dingen te bekijken, want het is in feite alleen maar kokervisie, alles persen in een jouw bekende mal. Ik denk aan een striptekening die Mark Retera maakte in het stripboek Dirkjan zijn stripheld, ik had er nog nooit van gehoord maar zag hem ter plekke tekeningen maken in de boekhandel, dat wilde ik ook wel.
Heel knap, ik zag zijn hersentjes werken, al tekenend. Ik vroeg hem of hij E.T. en een monnik wilde tekenen. Resultaat: je ziet E.T. en een monnik, een kapucijn, achterelkaar wandelen in de natuur. Bovenin een pijltje ‘ ET’ en bij de monnik een gedachtewolkje: ‘Dan ben ik de monnik’.
E.T. is altijd een favoriet van mij geweest, ik zie mij nog uit de bioscoop wandelen met H. , we waren nergens op voorbereid, we gingen elke week naar de film en nu keken we elkaar meteen aan, een beetje overrompeld door het vreemde van wat we net gezien hadden en vroegen wat vind jij ervan?... en knikten naar elkaar: ja, mooi. Na het filmbezoek gingen we naar het café en daar analyseerden we altijd uitgebreid wat we ervan vonden. Het was een groot plezier, die discussies die we dan hadden, juist ook als we het ergens niet eens over waren en de argumenten die dan over de tafel gingen.
Maar hier waren we het eens en vonden het misschien wel een minpuntje dat E.T. een beetje Jezus-trekken had, waar Jezus wonderen verricht, want E.T. heelt een bebloede duim van Elliot en later laat hij een verdorde plant in een bloempot weer gele bloemen krijgen als teken aan Elliot dat hij leeft. Wij waren beide studenten theologie en nu blijkt dat we beide onze eigen kokervisie erop geplakt hadden.
Want ik kijk nu naar The Making of en daarin wordt verteld dat men tevoren een groep kinderen heeft gevraagd wat zij zich voorstelden bij een buitenaards wezen en wat die dan kon. Velen noemden het kunnen laten bewegen van voorwerpen in de lucht en tot hun verrassing: dat dit wezen goede dingen zou doen, zoals je beter maken. En zo zijn beide wensen in de film terecht gekomen.
De film is gemaakt met veel psychologisch inzicht: voor de casting met Henry Thomas had men de groep kinderen die de vriendjes van Elliot zouden spelen en het toen beoogd jongetje dat Eliott zou spelen bij elkaar gebracht en ze lieten hun Dungeons and Dragons spelen. Al heel snel bleek dat het niet klikte; de groep kinderen vonden hem niet leuk en hij werd steeds baziger... dus het kon niet doorgaan en hun zoektocht naar Elliot begon weer opnieuw. Henry Thomas was uit Texas ingevlogen en binnen enkele minuten was iedereen in tranen: hier stond Elliot, dat kon niet anders en Steven Spielberg zei meteen: je hebt de baan! Dus geen proefspel meer met de andere kinderen, niet nodig in dit geval met zoveel overtuigingskracht.
ET, niemand wist hoe hij eruit zag: maar het zou dezelfde lengte krijgen als Elliott en ze konden elkaar op een afstand aanvoelen: gelijkwaardigheid dus, op alle fronten. Dus die Jezus-trekken, dat slaat nergens op en het doet me realiseren dat dit is wat ik nú kwijt wil raken: om als theoloog de dingen te bekijken, want het is in feite alleen maar kokervisie, alles persen in een jouw bekende mal. Ik denk aan een striptekening die Mark Retera maakte in het stripboek Dirkjan zijn stripheld, ik had er nog nooit van gehoord maar zag hem ter plekke tekeningen maken in de boekhandel, dat wilde ik ook wel.
Heel knap, ik zag zijn hersentjes werken, al tekenend. Ik vroeg hem of hij E.T. en een monnik wilde tekenen. Resultaat: je ziet E.T. en een monnik, een kapucijn, achterelkaar wandelen in de natuur. Bovenin een pijltje ‘ ET’ en bij de monnik een gedachtewolkje: ‘Dan ben ik de monnik’.