maandag 7 oktober 2024

Radio Kootwijk- Hello Bandung


 Langer geleden alweer, dat ik door het bos en over de heide naar Radio Kootwijk was gefietst. Nu had ik daar zin in wegens de ruimtebeleving: het is daar werkelijk stil, tenminste als je op een dag gaat dat er geen schietoefeningen zijn, en zo was dat gisteren. In de zon op de heide en windstil was het lekker en ook  grappig om even heftig een klein eikenbosje in de volle herfstkleuren te zien. Rondom mijn huisje is er nog geen blad verkleurd, alleen de eikels vallen met harde plokken met regelmaat op de grond.


Het blijft bijzonder, dat betonnen art-deco gebouw midden op de heide. Als een verloren kathedraaltje: want tja, dat blijft mijn ervaring na New York: Alles is zó klein, miniatuurachtig, terwijl ik het eerder imposant vond. Het is niet groter dan een soort van schuur, dacht ik nu. En bij station Arnhem herinner ik mij aardig lyrisch te zijn over de architectuur. Nog steeds blijft het mooi, die beleving van in een soort van slakkenhuis te zijn, maar zó klein, zó klein. 

Hoeveel is er veranderd in de vorige eeuw! En dat het tijdens mijn eigen leven is geweest dat het internet is ontstaan. In 1929 kwam de eerste verbinding tot stand tussen Radio Kootwijk en Bandung, de geboorteplaats van Vader, en het gebouw aldaar lag in de bergen; daar zorgde de hoogte voor de minste ruis, hier in Nederland was het de eindeloze heide. Het kostte 33 gulden voor 3 minuten, dat is 700 euro, nu. Ik herinner me zelf die zenuwslopende keren dat Moeder, met de telefoon thuis, héél kort belde met Vader, die dan in Indonesië was. We moesten alleen maar paraat staan, zodat hij even onze stem kon horen. 

Het  was zoals in dat liedje Hello Bandung, uitgebracht in 1929 door Wil Derby. Het waren de eerste woorden die koningin Emma sprak bij de opening van Radio Kootwijk en de allereerste keer dat er een verbinding was tussen twee continenten, 12.000 kilometer van elkaar verwijderd. Ik kende alleen de uitvoering van Wieteke van Dort, onlangs overleden, die met tante Lien het Indische sentiment vertolkte. Mijn ouders vonden haar van de ene kant wel grappig, maar meenden tegelijk dat zij eigenlijk geen recht had om Tante Lien te zijn,  want nationalistisch als ze waren, eigende ze zich iets toe wat niet van haar was. Zij was uiteindelijk de overheerser, zij hoorde bij het kolonialistische establisment.