- Ik zei toch dat ze nog iemand mee zou nemen zegt J. Er hangt een rare sfeer in het wijkcentrum. A. is toch nog plotseling overleden, A. met wie ik vorige week nog even een praatje maakte. Ze schuifelde altijd binnen met haar rollator. Ze voelde zich niet zo best, zei ze. Een dag later is ze overleden. Het blijft gek: iemand die er ineens niet meer is.
Ik liep het winkelcentrum uit en zag een bekende. Die vroeg aan mij of ik wist wat er gebeurd was. Er stond net een massa mensen bij het spoor. Nu hoor ik dat er iemand voor is gesprongen. Pal boven de visboer. Een jongeman van 25 weet de ene te vertellen. Nee, hij was veertig, zegt een ander. Armen en benen lagen overal. Er stonden een paar jongeren bij, die niet meer konden stoppen met spugen.
Een oud-collega loopt binnen. Tien jaar geleden ofzo voor het laatst gezien. Ik herkende hem bijna niet. Ach ja, hij was een achterneef van A. Hij was net bij haar geweest. Ze lag mooi opgebaard. Het was druk. A. heeft een weekend boven de grond gelegen en dan zegt de volksmond dat er nog een sterfgeval in de buurt zal zijn. Die jongen dus, die voor de trein is gesprongen.
Poe, het voelt als een dunne lijn tussen leven en dood. Leven is vanzelfsprekend, totdat... 'Ben je wezen kijken, bij A.? Nee, R. was niet geweest. 'Dit zijn al drie doden in de maand', zegt B. Mischien moet ik maar effe hier niet meer komen. De ene na de andere gaat de pijp uit.' De kaarters zitten bijna in een grote kring met elkaar: 'Misschien motten we nu maar een foto maken. Als er eentje dood gaat, dan weten we wie het is.'
Even maar een ander onderwerp. Het cliché is het enige wat waar is; het leven gaat tenslotte dóór: het is ontzettend verleidelijk om steeds maar met Sammie bezig te zijn. Zo heb ik mijn smartphone maar genoemd. Hij woont in een zelfgebreid hoesje, een soort slaapzakje, aaaah.... In feite doe ik vooral maar eén ding: hem volladen met mooie muziek en stemmen. Nou heb ik er bijvoorbeeld weer Anouar Brahem opgeladen. En Jessy Norman. En zomaar wat liedjes van vroeger. Luisteren en soms is een keertje genoeg en dan wis ik het weer. Er is een soort van criterium: wat ik behoud, is muziek die ik in de natuur wil blijven horen: In een bos lopen, in mijn tent zitten, op een duinpan staan met... Zolang het me gegeven is.