Ik wist niet dat Nederland ook zo leeg en stil kan zijn. Nou ja, ik wist het wel, want 33 jaar geleden heb ik er een maand lang ook rondgefietst: dikke witte sneeuw met een kind achterop die zijn armpjes om me heen deed en zijn hoofd dicht tegen me aan drukte. Ik werkte in een kinderhuis van Browndale in het hartje van Winterswijk, een oud gigantisch groot huis met een serre en een parkachtige tuin. Het bestaat niet meer, het is nu een industrieterrein. Maar wat gebleven is, is het landschap eromheen: de boerderijen met de typische puntachtige daken: toen staken ze als tenten her en der uit in het wit, nu waren ze de bakens in de mist en de regen.
Vriend E en ik waren weer erg content over deze wandeling: nee wij zijn geen mooi-weer wandelaars: juist zo'n soort weer, nu was het er veel specialer dan als er gewoon maar een zonnetje had geschenen. Het landschap had iets geheimzinnigs en verwachtingsvols: alsof er elke keer wat anders op het punt staat om te gaan gebeuren.
Ik denk nu aan de drie uur durende film Cloud Atlas, die ik Zondagmiddag zag, toen het weer ook zo druilerig was en alle sneeuw plotsklaps was verdwenen. Een film waarvan ik zou willen dat elke theoloog die zag:, want ook theologen houden zich met een soortgelijk verhaal bezig: De film vertelt dat alle mensen met elkaar verbonden zijn, dat elke daad die je doet goed of kwaad, de toekomst mee bepaalt, dat wanneer er op een plaats een deur dicht gaat, er op een andere plek weer een deur open gaat.
Maar de vorm is hier een web van verhalen, zes tegelijkertijd, door de tijden heen van de negentiende eeuw, tot in de 21 ste eeuw, met daartussen bijvoorbeeld de zeventiger jaren, met acteurs die zowel mannen als vrouwenrollen vervullen en in het ene verhaal de slechterik en in de andere de zoeker naar het goede.Hier is het letterlijk zo: de ene deur opent een deur naar een ander: van een houten deur in een avonturenfilm aan zee in de rimboe, beland je zo in een strakke witte metropool.
Maar de vorm is hier een web van verhalen, zes tegelijkertijd, door de tijden heen van de negentiende eeuw, tot in de 21 ste eeuw, met daartussen bijvoorbeeld de zeventiger jaren, met acteurs die zowel mannen als vrouwenrollen vervullen en in het ene verhaal de slechterik en in de andere de zoeker naar het goede.Hier is het letterlijk zo: de ene deur opent een deur naar een ander: van een houten deur in een avonturenfilm aan zee in de rimboe, beland je zo in een strakke witte metropool.
Ergens op de bodem van zo'n werkelijkheidsbesef: alles gebeurt, alles is altijd in proces, alles weeft zich aan een en uit een, jijzelf bent de wever van vele verhalen, is zo'n leeg, mistig en toch intieme laag zoals het landschap van Winterswijk waarin ik gisteren liep.
Een ander besef in Cloud Atlas is, dat je als individu niet op jezelf bestaat: je bent wat en je wordt iemand middels anderen: je hebt elkaar nodig in de netwerken van verbindingen. Vriend E. bracht mij een nieuw woord bij: Spiegelneuronen. Onderzoekers hebben ontdekt dat er is ons brein neuronen zijn die het ons mogelijk maken om ons te verplaatsen in anderen, om ons te spiegelen aan anderen, om emphatie en mededogen te ontwikkelen. Autistische mensen bijvoorbeeld, hebben er te weinig van, maar wellicht kun je er ook teveel van hebben, zodat je je niet goed meer kan afschermen van het pijn en het leed van anderen?
Om een web van verhalen te kunnen weven met elkaar, heb je dus een wever nodig, en dat ben je zelf en een gevoel voor mooie patronen, alsof elke draad die je weeft uitstaat naar ...? En daar helpen die spiegelneuronen in je brein je mee. Mooie ontdekking: dat in dat levende brein dat zelf ook blijft groeien en afsterft, er zoiets aanwijsbaar is.