vrijdag 19 mei 2017

Dorrestein en McEwan

Ik las twee boeken achter elkaar, die naadloos in elkaar overliepen. In beide is de hoofdpersoon een vrouw van mijn eigen leeftijd.  Je treft ze in een crisis in hun leven, die gaandeweg het boek groeit en een eigen gestalte aanneemt. Ik herken de situatie meteen, omdat ik zelf nu, weliswaar niet in een crisis zit, maar wel in een overgangsfase. Een periode in je leven  dat je zowel terugkijkt op wat het allemaal was en dat weegt en tegelijk weet dat er nog een heel andere levensfase kán komen en dat je die zelf hebt in te vullen.

In het eerste boek Zeven soorten homger van Renate Dorrestein ontmoet je Nadine en haar man Derek, die samen een zeer exclusief instituut in de duinen runnen, waar het topsegment van de Nederlandse samenleving 'moet werken aan hun leefstijl' om zo alle overtollige kilo's kwijt te raken. Succes tot nu toe gegarandeerd, ook omdat het inlegbedrag het jaarinkomen van de mannen is. Ze krijgen dit alleen terug als het streefgewicht is behaald. Maar er blijken zeer grote scheuren te zitten in hun succesformule. het instituut draait op verlies en Nadine komt er achter dat haar man, 'geleend' heeft van deze jaarinkomens, om de schulden af te kunnen lossen.

In het tweede boek De Kinderwet van Ian McEwan leer je Fiona Maye kennen, een zeer succesvolle rechter, geloofd om haar milde en rechtvaardige oordelen in de kinderrechtspraak. Al veertig jaar of zo getrouwd. Maar haar man wil op verstandige wijze haar goedkeuring, dat hij een erotische relatie met een jongere vrouw begint. Hij wil nog één keer in zijn leven de passie meemaken, en, toegegeven, die ontbreekt toch in hun huwelijk? Ze houden wel van elkaar, meer als broer en zus, betoogt hij, en voor haar is haar werk toch het belangrijkste? Goede deal, toch?

Enfin. Beide boeken zijn zeer het lezen waard. Dorrestein leest lekker vlot weg, het is een genadeloze satire met sprookjesachtige elementen, van de huidige samenleving, waar alles draait om geld, imago het hooghouden van je status, de afvalrace-industrie, het commerciële aanbod aan wellness en welbehagen dat we in onze welvaartsmaatschappij te verstouwen krijgen.

Ian McEwan weet me altijd dieper te raken. Nu ook weer: want Fiona moet rechtspreken over een jongen die net als zijn familie overtuigd is dat hij geen bloedtransfusie mag krijgen wegens hun geloof. het ziekenhuis spant deze rechtszaak aan: de jongen zal anders op korte termijn sterven. Fiona besluit de jongen zelf in het ziekenhuis op te zoeken. Zij hoort eerst zijn geloofstaal aan. Maar gaat dan met hem muziek maken. Er gebeurt iets tussen die twee. Zij geeft het ziekenhuis gelijk. De jongen overleeft en zoekt later contact met Fiona.

Het is gek om met die  twee boeken van twee vrouwen , zozeer ook in mijn eigen brein te kijken. Hoe verschillend ook het verhaal, zoals mijn eigen verhaal ook weer heel anders is: de levensfase van rond de 60 zijn, levert een eigen gewik en geweeg op. Ook leuk om dit bij twee schrijvers te zien, wiens oeuvre ik door de jaren heen enigszins gevolgd heb, en die nu dus in dezelfde levensfase zitten als jij zelf. Je bent tegelijkertijd meegegroeid met hun veranderende perspectieven, en de wijze hoe hun personages zich handhaven in een ook steeds bewegende wereld en samenleving.