zaterdag 10 maart 2012

Buitenzuster

'Dat ontroert mij wel... dat er twintig mensen zitten in de kapel en dat het helemaal stil is, zó stil....', zei zuster R. na de meditatie.
'En het ging zo vlug voorbij, voor mij had het nog veel langer mogen duren', zei een ander.
En: 'Ja, dat had ik ook', zei weer een ander.
'Het was weer mooi.'
'Ja, het was mooi.'
'Dat je tussen aarde en hemel staat. En dat je het leven als een dans kunt zien, daar kan ik wel wat mee'.
'En die poort, dat je een poort kunt zijn, open en dicht...'
'En er lag een heel kunstwerk op de grond, wat was het allemaal? Mooi die lichtgroene doek.'

Dus ik vertellen: allemaal vondsten van mijn wandelingen, van de zee, het bos, het veld. Nee, die donkerbruine takjes ertussen waren geen wierookstokjes, het is een soort riet. "Weed?!" had F. boven gehoord tijdens het opruimen, heb ik ook in mijn tuin staan! Nee, riet, geen weed!"'

Ik voel me in die stilte die 20 tot 25 minuten duurt volstromen van een intense energie en ook een dankbaarheid. Het 'werk' is dan gedaan. Het neerleggen van alles op de grond, de doek had ik op de Dappermarkt gekocht, een witte ronde donsveerhoop en een tak als een engelenvleugeltje deze week nog, op het strand gevonden. De ontspanningsoefeningen, het bewust maken van je lichaam in dat hier-en-nu, het langzaam inleiden de stilte in, het uitspreken van de meditatie... Nu zou de Stilte haar werk doen, de zegewens spreekt zuster C. altijd uit.

Vanmiddag ga ik een dans inoefenen voor morgen, wanneer Zuster B. haar 25 jaar Zuster-zijn viert. En dan blijf ik weer, een uur in de stilte in dezelfde kapel, het weer even oefenen van de dans van de vigilie-vieringen, mee eten, helpen met de afwas, de vigilie-viering. Ik ben ingeroosterd om morgen drankjes aan de gasten uit te serveren. Ik voel me op zulke dagen als deze een soort buitenzuster. Nooit bewust zelf zo gewild, maar zo gebeurt het aan mij. En dat is ook wel goed, zo, ik kan niet anders.