maandag 20 mei 2024

Fijn Franciscaans

De locatie van de Pinkstervoettocht hing aan elkaar van charmante rommeligheid, met een prachtig uitzicht op België.


Met mijn eenboogstentje in de kersenboomgaard, waarom gaat iedereen bij elkaar staan?, ik zocht het mooiste uitzicht. 


Ik wist niet dat Zuid Limburg zó heuvelachtig was, met flink klimmen en dalen over bemodderde steenachtige glibberweggetjes, maar daar heb ik geen foto’s van.


‘Ik ben zó blij, zó blij!’ zei A. terwijl ze voorbij huppelde. ‘Wij zijn vrienden’, zei ze plechtig tegen mij. Ze had het ook weer aan haar moeder verteld. Elke avond speelden we tafelvoetbal. Bij het afscheid stonden we even in een innige omhelzing. Vorig jaar zat ze bij mij in de groep en stelde ze zich voor: ‘Ik ben A en ik ben autistisch.’ Om vervolgens als eerste tegen mij te zeggen dat ik zulke aparte schoenen aanhad. Het waren mijn ‘indianen-slofjes’, met de hand gemaakt van hertenleer, nog uit Amerika van heel lang geleden, waarmee ik altijd de meditatie begeleidde en danste in het klooster.
Haar moeder had jarenlang een zegenwens van mij tegen de kastdeur op haar werk geplakt. Ze heeft die nog steeds. Ik weet zelf niet meer hoe die gaat.
Zoveel dierbare mensen, ik kan het niet anders uitdrukken. Zoveel gesprekjes, zoveel dat gedeeld wordt…