Het wijkcentrum heeft ondertussen bijna een huispoes. Het is een kat met drie pootjes, rood gedekt, een wit befje en donkere aanhankelijke ogen. Ze is geheel niet mensenschuw. Pontificaal zit ze voor de ingang en aanschouwt het komen en gaan van het gepeupel.
'Misschien moeten we toch maar de dierenambulance bellen', zegt T. al 24 jaar vrijwilliger en behorende bij het meubilair. 'Waarom?' vraag ik, 'ze ziet er toch goed uit, volgens mij hoort ze ergens, ze is in ieder geval niet ondervoed of verwaarloosd.' Dat is T. met me eens.
'Misschien schooit ze overal wat rond en komt ze zo aan haar kostje', zegt hij. 'Nou, dat is toch mooi', zeg ik, 'dat betekent dat ze in ieder geval overal goed ontvangen wordt, anders zou ze zich niet op haar gemak voelen. Ze heeft zo een beter leven, dan dat ze ergens opgesloten zit in een hokje in een dierenasiel.' T. is het met me eens, dus we laten het maar zo.
Poes met drie pootjes heeft eigenlijk iets van Franciscus. De échte revolutie die hij ontketende, was dat hij rondzwierf en niet in een klooster wilde wonen, een hekel had aan alle kerkelijke goederen en rijkdom die toen al aardig aangewoekerd was. Zo praatte hij tegen de vogels en ging hij op bezoek bij de Sultan temidden van de kruistochtentijd.
'Misschien moeten we toch maar de dierenambulance bellen', zegt T. al 24 jaar vrijwilliger en behorende bij het meubilair. 'Waarom?' vraag ik, 'ze ziet er toch goed uit, volgens mij hoort ze ergens, ze is in ieder geval niet ondervoed of verwaarloosd.' Dat is T. met me eens.
'Misschien schooit ze overal wat rond en komt ze zo aan haar kostje', zegt hij. 'Nou, dat is toch mooi', zeg ik, 'dat betekent dat ze in ieder geval overal goed ontvangen wordt, anders zou ze zich niet op haar gemak voelen. Ze heeft zo een beter leven, dan dat ze ergens opgesloten zit in een hokje in een dierenasiel.' T. is het met me eens, dus we laten het maar zo.
Poes met drie pootjes heeft eigenlijk iets van Franciscus. De échte revolutie die hij ontketende, was dat hij rondzwierf en niet in een klooster wilde wonen, een hekel had aan alle kerkelijke goederen en rijkdom die toen al aardig aangewoekerd was. Zo praatte hij tegen de vogels en ging hij op bezoek bij de Sultan temidden van de kruistochtentijd.
Wat er precies gebeurd is, dat kan je nu natuurlijk niks van zeggen. Maar dát hij een speciale affiniteit had met de natuur om hem heen en dát er door heel Europa gepraat is over die vreedzame ontmoeting, daar kun je niet om heen.
Poes met drie pootjes: dat lijkt me wel een aardig beeld voor mijn deelname aan het klooster.