dinsdag 8 mei 2012

Raga

Ik geniet nog steeds van mijn oogst van Koninginnedag. Zo is er een cd met Indiaase raga. Raga is een heel oude muziekvorm, die volgens het begeleidend boekje zowel ontstaan is uit diepgaande rationele en intellectuele analyses, als uit spirituele, mystieke onderstromen. Het klinkt niet ingewikkeld, enkele muziekinstrumenten maar, waaronder een fluit van bamboe, maar het was de belevenis alsof je geest een reis onderneemt door allerlei regionen tegelijkertijd. Zowel heel rationeel als heel emotioneel. Ik zat midden in een liveconcert en het leek alsof het publiek er intiem dichtbij, mee doorheen ademde. Het prikkelt dezelfde regionen als de muziek van Anouar Brahem.

Een andere oogst is de dvd van de musical The King and I. Ach, zo schattig langzaam wordt het verhaal ontvouwt van een Engelse vrouw en haar zoontje, die les gaat geven aan de vele kinderen van de koning van Siam, het huidige Thailand, dus. Enige bekende stupa's en uitstekende gouden pieken van Bangkok in een technicolor studio-decor en een jonge, viriele Yul Bryner met ontbloot wasborden ribbenkast in kleurige broeken en gewaden paradeert rond als een smakelijk hapje.

Los van deze oogst heb ik een correctie te plegen op de oogstbelevenis van mijn tuin: ik klaagde over mijn achtertuin die ver achterbleef bij de voortuin, die vol blauwe vergeetmenietjes, roze en rode tulpen staan en nu is daar ook de bloeiende kastanjeboom tot boven het dak, met grote witte kaarsen. Ooit door mezelve als één kastanje in de grond gestopt. Maar de achtertuin!

Die is helemaal bijgetrokken. Ook hier verschijnen de lange stelen van de roze tulpen uit groen blad waar ik de hele tijd van dacht, dat er geen tulp meer uit zou komen. De rode tulpen buigen nu hun hoofden in eerbied naar de aarde, als grote bijna uitgebloeide papavers. Oranje tulpen in een wazig mengpalet van geel-oranje-roze staan dik en vet te wiegen. En nu is de akelei ook al her en der beginnend in bloei. Die akelei heeft uit zichzelf allerlei plekjes gevonden: in oude bloempotten en zomaar aan de rand van mijn vijvertje.

In de avond sluiten al die tulpenbladen zich weer. Dan gaan ze van hun uitbundigheid en rommelige slordigheid naar iets geslotens en ingetogens. Zo'n beetje zoals dat ook heen-en-weer in mijn eigen geest gaat. Steeds opnieuw van het ene naar het andere, van de ene keer zaaien en dan weer oogsten, soms verdrieten over dat wat almaar niet lukt, dan door blijven ademen, zwerven en zoeken, zoals de tonen van de raga.