Ik leerde ‘het liedje’ kennen in #Songsofcomfort, een iniatief van Yo Yo Ma in het begin van de Coronatijd, waar mensen liederen van troost opzetten, soms in een nogal krakkemikkige uitvoering, ook maar gewoon vanuit de huiskamer; Im wunderschönen Monat Mai van Robert Schumann. Ja, zo is het ook: het is nu een prachtige maand mei, zoals ook april een uitzonderlijk mooie warme uitbarsting was van de lente, ‘De knoppen barsten, in mijn hart ontspringt de liefde’, zo heft het aan. Het is overal prachtig en nu geurt het in het park achter mij naar zoete vlierbessen.
Maar alras kwam ik erachter dat het lied niet los staat van een cyclus:‘Dichterliebe’. Ik zie Loes Haverkort in Podium Witteman het vertolken met achter de piano Reinbert de Leeuw en nu wordt er weemoed en twijfel aan het lied toegevoegd, het is niet langer een ode aan de lente, het gaat langzaam over in de nacht... En het kan nog erger wanneer Barbara Sukow zingt met Asko/Schönberg en opnieuw Reinbert de Leeuw achter de piano bij ‘VPRO vrije Geluiden’, dat bijna thrillerachtig, bloedstollend begint in deel 1... het aanvankelijk troostende liedje, mooi gezongen door tenoren en sopranen begeleid door een enkele piano, staat te midden van de hele mikmak en wervelwinden en turbulentie die des mensen eigen is in die binnenkamer van de emotie...
Mooi, om even als een spannende thriller daar flarden van mee te maken, maar nu op deze Hemelvaartsdag die voor mij gekoppeld blijft aan de ongecompliceerde herinnering van in de ochtendvroegte dauwtrappen op de fiets in de bossen, toch graag terug naar de eenvoud van de sensatie van de lente. Gelukkig is daar David Hockney, waarvan ik gisteren een interviewtje zag:‘The World is Beautiful’ met daarin zijn nieuwste lente-schilderijen. Gewoon een bloeiende boom en grote narcissen op groene stelen en hij, die met een weer ouder geworden stem, zijn aloude boodschap herhaalt: kijk! Als je goed kijkt dan zie je hoe mooi de wereld is.