zondag 24 augustus 2025

You have beautiful skin

 


Toen ik twee jaar geleden midden in de nacht mijn weg in de metro zocht naar mijn onderkomen voelde ik mij meteen op mijn gemak. Geen enkel gevoel van onveiligheid. Toen ik aankwam bij Nathalie, die dus op had moeten blijven, was een van de eerste dingen die ze zei: You have beautiful skin. Misschien heeft dat meteen al de doorslag gegeven om mij in New York thuis te voelen. Zo’n opmerking zou in Nederland nooit kunnen; mijn huidskleur voelde lang aan als toch een soort van stoorzender, een ruis. Oók als vrienden dingen zeggen als: ‘Wat zeur je nou. Overdrijf je niet een beetje? Ik heb nooit een moment gedacht dat je een andere huidskleur hebt.’ Juist in hun onbegrip dat ik het toch tot een onderwerp van gesprek heb gemaakt én het een gesprek wordt. Want met iemand die ook een afwijkende huidskleur heeft van wit, daarmee heb je met een half woord genoeg. Je hoeft niet uit te leggen wanneer je iets voelt van … discriminatie (?)…Dat is wellicht een te zwaar woord. 


Er zat in de metro een keer een man tegenover mij, zó zwart, dat had ik nog nooit gezien. Tot mijn verbazing werd hij op de foto lichter van kleur. Wat ik ook probeeerde met kleurcorrectie, hij kwam niet tevoorschijn, zoals hij was, want dan verdween hij en had hij geen gezicht meer.
Bijna symbolisch, zou je kunnen denken. Black Lives Matter, maar niet in de ontwikkelde techniek.


Zomaar wat willekeurige mensen uitvergroot uit mijn foto’s. Allemaal tinten bruin tot zwart, allemaal anders. Ook Alma (zie eerder blogje) zei: You have beautiful skin. Een voorbijganger riep een keer: I bet you are indegenous! Inheems dus; Indiaans. Nee, zei ik, I am Indonesian with Chinese. ‘Oké! You are beautiful, beautiful, beautiful! Lachend bedankte ik hem en dook de metro in.
Ik heb gedurende een metrorit mijn huidskleur vergeleken met die van anderen. Nu vielen me pas echt alle nuances en kleurschakeringen op. Bruin kan naar wit neigen, of kan van zwart afkomen, of is wat gelig. En de mijne? Ik zag inderdaad een héél kleine zweem van ook rood erin. Dat is waarschijnlijk gewoon verbranding van de zon op mijn bruin-gele huid. Er was maar één arm, waar ik dezelfde kleur als de mijne zag. Het bleek een jongen te zijn die stond, en toen ik zijn gezicht zag, meende ik Maori-ogen te zien.
In een Indianenreservaat, ik geloof van de Navajo, moest ik een keer vanuit de auto blijven zwaaien, het kon niet anders, want iedereen zwaaide héél enthousiast naar mij. In de winkel vlakbij bleek ik als twee druppels water op hun koningin te lijken.
Wél grappig om hier in New York helemaal nooit op te vallen. Ik voel me hier ook geen vreemdeling. Ik woon en leef hier niet, maar voel mij hier op een fundamenteler niveau meer thuis tussen de mensen.