Het is hier vroeg in de ochtend nog voordat de zon opkomt. Gisteren mij geborgen gevoeld in het groene paradijs, hier. Het was, vermoed ik, toch een speciale dag, de dag met de Barong die vanuit de hanengevechten-tempel door Keliki Kawan is gekomen, omdat en ook in de rijstvelden meerdere verse offerbakjes met bloemetjes waren neergezet. Op een plek waar ik eerder urenlang een boekje las, geleund tegen een groter altaartje langs het pad, dat er toen niet-gebruikt uitzag, daar was het altaartje nu aangekleed met een zwart-wit geblokte doek en er lagen nu allemaal bloembakjes.
Toch kent dit paradijs ook een rafelrand. Er wordt gebouwd aan een toeristencomplex dat uiteindelijk twee parallel aan elkaar, naast elkaar gelegen dalen zal gaan verbinden, zo kwam ik daar gisteren achter. Ik liep in het ene dal en kreeg een praatje met een arbeider die daar werkte, Op een paar honderd meter afstand bouwen dezelfde arbeiders ook aan een onderkomen voor henzelf, van riet. Een maand geleden was het nog zeer krakkemikkig en dacht ik dat het misschien een soort van stal werd voor wat vee, of een schuur om wellicht de ploegen in te stallen. Men ploegt hier met een met de hand bestuurd motortje, zoals je een scooter bestuurt, er stonden er toen twee in een grotere bocht bij de waterstroom.
Maar deze man die nu pauze had, vertelde mij dat dit de komende tijd zijn thuis wordt. Alle werknemers komen van Java, aangetrokken omdat ze op Bali een veel hoger loon krijgen. Hij heeft een gezin op Java en nu mag hij per maand vijf dagen naar huis, maar het is nog lang reizen met de bus... Daar leef je dan, met allemaal mannen bij elkaar, de sfeer is er heel anders dan die van de vriendelijke en rustige Balinese boeren... er schalt muziek uit een transistor... Dus nu ben ik de enige toerist die in de verdere stilte en het gemurmel van water loopt... Maar hoe gaat dat er zometeen uitzien, met een toeristencomplex?... In ieder geval zal ik er dan niet meer de enige zijn, die geniet van de intense vrede hier...
Ik ga mijn laatste dag in en het nieuws dat Nederland wegens Corona helemaal op slot gaat, buitelt over mij heen. Nichtje L. had gejuicht, want ze zit voor haar eindexamen en moest nog heel hard werken om haar Spaans op te vijzelen, daar heeft ze nu alle tijd voor... Ik word wakker met het liedje van Billie Elisch voor de nieuwe James Bond-film in mijn hoofd: No time to die .... Enfin, de hanen beginnen te kraaien, ik ga buiten op het terras het ochtendgloren van mijn allerlaatste dag hier, verwelkomen.