Het vliegtuig had vier uur vertraging wegens een mankement. Vliegtuig in, er weer uit, gestuurd van de ene gate naar de andere, eerst zou er een ander vliegtuig komen, toen bleek het mankement te zijn verholpen. De zon zien gloren uit het raampje en later de aankomst in Nederland, de windmolens in de zee. De kustlijn zó, met het duinengebied onder je, ziet er aanlokkelijk uit.
Maar ook de luchtvervuiling is iets later goed te zien: een bruinige streep grauw, terwijl het daarboven helder blauw is.
Mijn allerlaatste blik uit New York, terwijl ik op een bankje zat bij het pleintje waar ik elke dag langs liep, vlakbij de metro. Nooit de tijd genomen om daar écht te gaan zitten, maar nu wel, want ik moest 11.00 uitchecken, terwijl het vliegtuig pas vroeg in de avond vertrok. Ik kluifde lekkere warme kippenpootjes en at er lychees, een zakje voor één dollar. Ik kreeg een sterke herinnering terug aan mijn laatste blik op de markt in Bali, óók vlak voor mijn vertrek, daar at ik speenvarken met rijst en wist dat ik in Nederland in de eerste week van de lockdown terecht zou komen. Het was ook een zaterdag, zoals nu, met kinderen die er spelen, een relaxte en ontspannen sfeer.
Zomaar wat voorbijgangers.
Tevoren zat ik op de stoeltjes voor mijn verblijfplaats. Natuurlijk eerder ook nooit de tijd voor genomen. Nu nog even zonnen en relaxen.
Het plan was, om na het leegmaken van mijn koffer en een was in mijn stadshuis, meteen door te gaan naar mijn boshuisje. Dat kwam er nu niet van. Doodmoe kwam ik hier aan, nauwelijks geslapen, maar moest tot 20.30 van mezelf wakker blijven. En dan wordt je in de nacht wakker, en dan typ je dit blogje.